Heffingsrente

Datum laatste wijziging: 27 november 2019  |  Trefwoorden: , , ,

Inhoud

  1. Verschil heffingsrenten invorderingsrente
  2. Belastingrente
  3. Extra tijd in 2015 voor iedereen met belastingaanslag
  4. Belastingrente gaat niet omlaag
  5. Rente over geld dat al was gestort

Verschil heffingsrenten invorderingsrente

Heffingsrente is een vergoeding van gemiste rente. Als de Belastingdienst geld van iemand tegoed heeft, moet de persoon daar rente over betalen. En andersom, heeft iemand geld te goed van de Belastingdienst, dan ontvangt hij daar rente over.

Invorderingsrente is de rente die iemand moet betalen als hij een belastingaanslag te laat betaalt. De Belastingdienst berekent de invorderingsrente over de periode die begint op de 1e dag na de uiterste betaaldatum en eindigt op de dag vóór de dag dat betaald is.

Belastingrente

Per 1 januari 2013 wordt de heffingsrente vervangen door belastingrente. In de onderstaande tabel ziet u de verschillen:
Onderwerp Heffingsrente tot 2013 Belastingrente vanaf 2013
periode waarover de rente berekend wordt periodes tot en met 31 december 2011 periodes vanaf 1 januari 2012
naheffingsaanslag: einddatum van de periode waarover u rente aan ons moet betalen (de begindatum is onveranderd*) de datum van de naheffingsaanslag de datum waarop u de naheffingsaanslag uiterlijk betaald moet hebben: de datum van de naheffingsaanslag plus 14 kalenderdagen
teruggaaf over perioden in een voorgaand jaar: vergoeden van rente aan u vergoeding van de rente in alle gevallen vergoeding van de rente alleen als het tijdstip van de teruggaaf het gevolg is van een vormverzuim** of een tijdverzuim*** van ons
correctie of verzoek om teruggaaf: begindatum van de periode waarover wij u rente vergoeden  1 april van het jaar dat volgt op het jaar waarop de correctie of het verzoek om teruggaaf betrekking heeft 8 weken nadat wij uw oorspronkelijke correctie of verzoek om teruggaaf hebben ontvangen, maar nooit eerder dan 1 april van het jaar dat volgt op het jaar waarop de correctie of het verzoek om teruggaaf betrekking heeft
correctie of verzoek om teruggaaf: einddatum van de periode waarover wij u rente vergoeden  de datum van de beschikking de datum van de beschikking plus 14 kalenderdagen
bezwaar tegen een aangifte: begindatum van de periode waarover wij u rente vergoeden 1 april van het jaar dat volgt op het jaar waarop het bezwaar betrekking heeft de dag na ontvangst van de betaling van de aangifte, maar nooit eerder dan 1 april van het jaar dat volgt op het jaar waarop het bezwaar betrekking heeft
bezwaar tegen een aangifte: einddatum van de periode waarover wij u rente vergoeden de datum van de beschikking de datum van de beschikking plus 14 kalenderdagen
rentetarief heffingsrente: deze rente wordt elk kwartaal vastgesteld wettelijk rentepercentage voor niet-handelstransacties

* De begindatum van de periode waarover u rente aan ons moet betalen bij naheffingsaanslagen, is onveranderd: 1 januari van het jaar dat volgt op de periode waarvoor de naheffingsaanslag geldt.
** Bij een vormverzuim herzien wij een eerder standpunt waardoor u een teruggaaf krijgt.
*** Bij een tijdverzuim handelen wij een verzoek of bezwaar te laat af, dat wil zeggen meer dan 8 weken nadat u het verzoek of bezwaar hebt ingediend.

Extra tijd in 2015 voor iedereen met belastingaanslag

Iedereen die de Belastingdienst volgend jaar geld moet betalen over de inkomstenbelasting van dit jaar, krijgt daarvoor vier maanden uitstel. Het uitstel gold al voor de mensen die een naheffing van de fiscus krijgen, maar staatssecretaris Wiebes breidt het nu uit naar iedereen die volgend jaar een aanslag krijgt. (Bron: Elsevier, 2 dec. 2014)

Belastingrente gaat niet omlaag

De belastingrente wordt niet verlaagd, aldus staatssecretaris Snel in zijn brief van 5 juli 2018 aan de Tweede Kamer. De vele kritiek op de hoogte van de huidige belastingrentepercentages heeft dus niet tot een ander standpunt geleid. Voor alle belastingmiddelen en de invorderingsrente bedraagt de rente ten minste 4%. Voor de vennootschapsbelasting geldt zelfs een rente van ten minste 8%.

De staatssecretaris blijft dus vasthouden aan deze veel bekritiseerde minimumpercentages. Deze ondergrenzen waren met name vanwege budgettaire motieven geïntroduceerd. De afschaffing hiervan zou met grote budgettaire gevolgen gepaard gaan en daarvoor is geen budgettaire ruimte. (Bron: Fiscount, 13 jul. 2018)

Rente over geld dat al was gestort

In Hof Arnhem-Leeuwarden werd aan de rechter de vraag voorgelegd of er ook belastingrente is verschuldigd terwijl de Belastingdienst al over het geld beschikte. Een ingewikkeld verhaal met een voorlopige beslissing (Jurisprudentie, 2 juli 2019)