Startersregeling

Datum laatste wijziging: 10 april 2018  |  Trefwoorden: , ,

Inhoud

  1. Starten vanuit een WW-uitkering
  2. Uitkering als voorschot tot 2013
  3. Veranderingen vanaf 2013
  4. Geen sollicitatieplicht
  5. Starten vanuit een bijstandsuitkering
  6. Startersdag KvK
  7. Startersbeurs
  8. Eerste kwartaal van 2018 tien procent meer starters
  9. Starters hebben hulp ouders nodig om huis te kopen

Starten vanuit een WW-uitkering

Werklozen met een WW-uitkering kunnen op 2 manieren een eigen bedrijf beginnen:
  1. kiezen voor minder uren een WW-uitkering ontvangen. Deze starters hebben dan geen toestemming meer nodig om een bedrijf te starten. Alle uren die zij besteden aan het opzetten van hun bedrijf worden in mindering gebracht op de WW-uitkering;
  2. kiezen voor een startperiode met de uitkering als voorschot, de startersregeling genoemd. De startperiode geldt maximaal 26 weken. In die periode hoeft de WW'er niet te solliciteren. De starter moet achteraf 70% van zijn inkomsten (winst) verrekenen met de WW-uitkering tijdens de startperiode.

Uitkering als voorschot tot 2013

De persoon in kwestie ontvangt een WW-uitkering maximaal 26 weken als voorschot. Als hij nog niet direct voldoende verdient als zelfstandige, heeft hij toch een inkomen. Het UWV berekent achteraf of de starter het voorschot op zijn uitkering (gedeeltelijk) moet terugbetalen. Dit doen het UWV nadat de Belastingdienst de inkomsten als zelfstandige voor de eerste twee boekjaren heeft vastgesteld.

Gaat de WW-er na 26 weken fulltime door met zijn bedrijf, dan stopt de WW-uitkering. Parttimers krijgen nog wel een uitkering voor de overige uren. Als blijkt dat ondernemerschap toch niet de oplossing is, dan wordt de onderneming gestaakt. De uitkering loopt door zolang daar nog recht op is.

Veranderingen vanaf 2013

De startersregeling per 1 januari 2013 grondig veranderd:
  1. er wordt niet langer een voorschot wordt verstrekt, maar een directe uitkering;
  2. de uitkering is 29 % verlaagd.
Uitwerking:
Gedurende de startersperiode ontvangt de starter een lagere uitkering in plaats van een voorschot.
  1. Dat betekent dat de uitkering geen 70% van het dagloon is, maar 70% - (70 x 29%) = 49,7%. Gedurende de eerste twee maanden van het WW recht bedraagt de uitkering geen 75% maar 75% - (70 x 29%) = 53,8%;
  2. omdat de uitkering geen voorschot is, hoeft die ook niet worden terugbetaald;
  3. de startersperiode duurt 26 weken. Maar als de starter minder dan 26 weken recht heeft, of minder dan 26 weken restrecht bezit, eindigt de startersperiode op het moment dat zijn recht eindigt;
  4. tussentijdse beëindiging van de startersregeling is niet mogelijk. De starter kan tussentijds stoppen met zijn onderneming, maar de uitkering blijft dan gedurende de resterende startperiode op 49,7%;
  5. starters die van plan zijn om gedurende de startersperiode van 26 weken opdrachten van hun ex-werkgever aan te nemen, kunnen geen gebruik maken van de startersregeling. Zij maken gebruik van de urenkortingsregeling. Als een starter tijdens de startperiode een incidentele opdracht krijgt van de ex-werkgever dan wordt de uitkering voor de resterende startersperiode op nihil gesteld. Dat houdt in dat het recht op uitkering gewoon doorloopt, maar dat er niets wordt uitgekeerd.

Geen sollicitatieplicht

Tijdens de startperiode hoeft de starter niet te solliciteren.

Starten vanuit een bijstandsuitkering

Mensen die een eigen bedrijf willen starten vanuit een bijstandsuitkering, kunnen voor financiële steun een beroep doen op het Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz). Zij krijgen zo een kans een nieuw bestaan op te bouwen als ondernemer. De gemeente moet dan wel van oordeel zijn dat starten als zelfstandige voor hen de snelste weg uit de uitkering is.

Startersdag KvK

De startersdag van de Kamer van Koophandel - altijd op de eerste zaterdag van november - is in 2016 door ruim 18.000 aspirant-ondernemers bezocht. Een kwart van de 18.000 bezoekers bezocht de startersdag online.

Door middel van presentaties, een informatiemarkt en het netwerken met andere ondernemers, krijgen de aanwezigen een goed overzicht van waar je als starter aan moet denken. Op één dag treft men alle relevante organisaties bij elkaar en is er ruimte voor het stellen van vragen. (Bron: KvK, nov. 2016)

Startersbeurs

Met de Startersbeurs kunnen afgestudeerde jongeren op de arbeidsmarkt gedurende zes maanden, 32 uur per week, werkervaring opdoen in het bedrijfsleven en zodoende hun kansen op de arbeidsmarkt vergroten en verbeteren. In deze periode ontwikkelen zij competenties en vaardigheden die belangrijk zijn op de arbeidsmarkt én die aansluiten bij het opleidingsniveau.

De starter ontvangt van de werkgever een maandelijkse vergoeding van € 500,- (inclusief vakantiegeld). Klik op "selecteer je provincie & gemeente" op de gemeente waar de starter woonachtig is voor de voorwaarden en criteria die voor de starter en het leerbedrijf gelden.
Startersbeurs is een idee ontwikkeld door de Tilburgse hoogleraar Ton Wilthagen en de jongerenvakbonden FNV en CNV.

Meer informatie, zie de sites Startersbeurs.nu en Mobi-startersbeurs.nu.

Eerste kwartaal van 2018 tien procent meer starters

De Kamer van Koophandel (KvK) registreerde in het eerste kwartaal van 2018 tien procent meer starters, vier procent meer stoppers en veertien procent minder faillietverklaringen dan in het eerste kwartaal van 2017.

De groei van het aantal starters komt vooral door startende fulltime ZZP’ers: dertien procent meer dan in het eerste kwartaal van vorig jaar, oftewel ruim 4.000 meer. In totaal werden 57.635 nieuwe ondernemingen in het eerste kwartaal van 2018 ingeschreven.

Er stopten ook vier procent meer ondernemers dan in eerste kwartaal van 2017. In totaal werden 40.052 ondernemingen in het eerste kwartaal van dit jaar uitgeschreven uit het Handelsregister. Vorig jaar ging het om 38.367 uitgeschreven ondernemingen in het eerste kwartaal. (Bron: Flex Nieuws, 4 apr. 2018)

Starters hebben hulp ouders nodig om huis te kopen

Het onderzoek richtte zich op twee groepen in de leeftijd van 20 tot 35 jaar: starters die van plan zijn een huis te kopen en starters die daadwerkelijk een huis kochten. Van de eerste groep verwacht 65 procent extra financiële steun nodig te hebben. Van hen is 59 procent van plan aan te kloppen bij de ouders. Van de groep met een hypotheek, had 36 procent extra geld nodig. In twee derde van de gevallen sprongen ouders bij.

Ouders kunnen bijspringen in de vorm van een lening of een schenking. De voorwaarden van schenkingen zijn op dit moment fiscaal aantrekkelijk. De best passende vorm is afhankelijk van de individuele situatie. (Bron: AD, 6 apr. 2018)


Ga terug naar rubriek Werkloosheid.