Algemene wet bijzondere ziektekosten (AWBZ)

Datum laatste wijziging: 31 oktober 2020  |  Trefwoorden: , , , ,

Inhoud

  1. Inleiding
  2. Vijf soorten zorg
  3. Persoonsgebonden budget (Pgb) in de Zorgverzekeringswet
  4. Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten
  5. Cijfers 2013
  6. Belastingplan 2014 (september 2013)
  7. Jeugdzorg per 1 januari 2015 gedecentraliseerd naar gemeenten
  8. Wijzingen AWBZ 2015
  9. Wet langdurige zorg aangenomen
  10. Tarief premies volksverzekeringen verlaagd maar IB-tarieven verhoogd
  11. Reactie Ombudsman op veranderingen persoonsgebonden budget
  12. Gebouwen verplicht toegankelijk voor gehandicapten
  13. Jongeren uit jeugdzorg vragen op latere leeftijd vaak uitkering aan
  14. Met pgb zorg inkopen in andere EU-landen
  15. Gemeenten luiden noodklok over jeugdzorg
  16. Woonplaatsbeginsel per 2020 aangepast
  17. Breda uitgeroepen tot meest toegankelijke stad van Europa
  18. Huishouden via de gemeente moet worden verbeterd
  19. Woonplaatsbeginsel uitgesteld tot 2021
  20. Woonplaatsbeginsel uitgesteld tot 2022

Inleiding

Bepaalde medische kosten overstijgen de financiële middelen van de meeste burgers, zoals de jarenlange opname in een verpleeghuis en ziekenhuizen of de levenslange verzorging van een ernstig gehandicapte. Om deze kosten te dekken is de Algemene wet bijzondere ziektekosten (AWBZ) in het leven geroepen. Maar ook de rollator, een rugsteun en badplank kunnen tot het AWBZ-assortiment behoren.
De AWBZ is een volksverzekering waarvoor vrijwel alle inwoners in Nederland verzekerd zijn. De AWBZ rekent voor bepaalde zorg een inkomensafhankelijke bijdrage. Naast de genoemde risico’s dekt de AWBZ onder meer de kosten voor consultatie en behandeling van het RIAGG (Regionale instelling voor ambulante geestelijke gezondheidszorg), voor het inentingsprogramma van kinderen tot 12 jaar en thuiszorg. De AWBZ is een ‘naturaverzekering’, betrokkenen hebben recht op een verzorging en geen aanspraak op een vergoeding van gemaakte kosten (restitutieverzekering).

Vijf soorten zorg

De AWBZ onderscheidt vijf soorten zorg, die 'functies' worden genoemd:
  • persoonlijke verzorging: thuis hulp nodig voor de dagelijkse verzorging;
  • verpleging: medische hulp thuis;
  • begeleiding: dagelijkse individuele of groepsondersteuning;
  • verblijf: tijdelijk of permanent verblijf in een verpleeg- of verzorgingshuis;
  • behandeling: herstel of verbeteren van aandoening(en), vaardigheden of gedrag.
Bij het bepalen of iemand recht heeft op AWBZ-zorg, houdt het CIZ rekening met:
Nieuw zijn ook de persoonsgebonden budgetten (pgb). Mensen kunnen met een persoonsgebonden budget zelf de zorg regelen die zij door ziekte, handicap of ouderdom thuis nodig hebben. Zo kunnen zij de zorg kiezen die ze willen. Ze krijgen een geldbedrag waarvoor zij zelf zorg, hulp of begeleiding kunnen kopen.

Persoonsgebonden budget (Pgb) in de Zorgverzekeringswet

Zorgverzekeraars zullen per 1 januari 2015 verantwoordelijk worden voor de verzorging van mensen met een persoonsgebonden budget (pgb). Het pgb kan gezien worden als een soort subsidie waarmee mensen die dit nodig hebben zelf hun zorg kunnen inkopen. Dit is een logisch gevolg nadat de zorgverzekeraars al akkoord gingen met de verankering het pgb in de Zorgverzekeringswet (Zvw).

Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten

De Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg) is in de plaats gekomen van de fiscale regeling voor de aftrek van ziektekosten. Deze aftrek is grotendeels afgeschaft en heeft er ook toe geleid, dat werkgevers niet meer de kosten van ziekte onbelast mogen vergoeden sinds 1-1-09.

Cijfers 2013

In 2013 zijn de uitgaven aan zorg met 1,6 procent gestegen, een groei die lager is dan in voorgaande jaren. Dit komt deels doordat het geneesmiddelengebruik minder hard is gestegen terwijl de gemiddelde prijs van geneesmiddelen verder daalde. Ook daalden tarieven en vergoedingen van zorgdiensten, vooral op het terrein van verzorging en verpleging. De totale uitgaven aan de gezondheids- en welzijnszorg bedroegen ruim 94,2 miljard euro. (Bron: CBS, 14 mei 2014)

Belastingplan 2014 (september 2013)

Het kabinet gaat minder bezuinigen op chronisch zieken en gehandicapten, bijna een kwart miljard euro wordt vrijgemaakt om vooral mensen die in een instelling wonen te ontzien. Mensen die een Wajong-uitkering hebben en in een instelling zitten, krijgen € 1.700 meer per jaar dan in het regeerakkoord was afgesproken. En voor WAO'ers in een instelling wordt de uitkering € 950 ruimer.

De tegemoetkoming arbeidsongeschikten op grond van de wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (AO-tegemoetkoming) wordt verlaagd. De AO-tegemoetkoming gat van € 342 netto per jaar naar € 247.

Inkomenscompensatie: deze compensatie voor (gedeeltelijk) arbeidsongeschikten gaat met € 95 omlaag.

Jeugdzorg per 1 januari 2015 gedecentraliseerd naar gemeenten

Voor een aantal deeltaken binnen het brede pakket jeugdzorg geldt dat dit niet op gemeentelijk niveau uitgevoerd kan worden. Onder andere de benodigde deskundigheid, de beperkte omvang van sommige doelgroepen en de schaal waarop sommige gespecialiseerde voorzieningen en aanbieders van voorzieningen zijn georganiseerd maken dat gemeenten deze taken beter in samenwerking dan allemaal afzonderlijk kunt oppakken.

Het is in eerste instantie aan gemeenten zelf om te bepalen in welk samenwerkingsverband zij dit willen uitvoeren. Dit heeft geleid tot een, door gemeenten zelf opgestelde, landelijke indeling waarin alle gemeenten in Nederland deel uit maken van een regionaal samenwerkingsverband waarin de transitie jeugdzorg, inclusief de vormgeving van bovenlokale samenwerking, wordt voorbereid. Voor meer informatie, zie Ministerie BZ & K.

Wijzingen AWBZ 2015

Het kabinet zoekt naar een oplossing voor het overhevelen van een aantal types zorg van de rijksverzekering AWBZ naar het basispakket. Vakbeweging en werkgevers hebben berekend dat de premie voor de verplichte verzekering tegen ziektekosten in 2015 met 20 procent ofwel 200 euro per jaar stijgt naar gemiddeld € 1.321. Zorgverzekeraars zijn wat voorzichtiger en houden het voorlopig op ruim 100 euro extra per jaar. Dat slaat een gat in de koopkracht. Het kabinet studeert op een oplossing.

Zie ook HR-kiosk, subrubriek Wijzigingen Zorgverzekeringswet 2015.

Wet langdurige zorg aangenomen

De Eerste Kamer heeft op 2 december 2014 het wetsvoorstel goedgekeurd. Het wetsvoorstel Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) was al eerder door het parlement aangenomen. De Wlz en de Wmo 2015 gaan per 1 januari 2015 in.

De hervorming van de langdurige zorg brengt een aantal veranderingen met zich mee:
  • De huidige Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) verdwijnt.
  • Er komt een Wet langdurige zorg (Wlz) voor kwetsbare ouderen en mensen met een beperking die de blijvend de hele dag intensieve zorg en toezicht dichtbij nodig hebben. En voor de meest kwetsbare mensen met een psychische stoornis.
  • Gemeenten gaan ondersteuning thuis bieden die nu nog onder de AWBZ valt. Bijvoorbeeld begeleiding en dagbesteding. En ze gaan beschermd wonen bieden voor mensen met een psychische aandoening. Gemeenten krijgen daarvoor nieuwe verantwoordelijkheden via de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015.
  • Verpleging en verzorging thuis komt onder de Zorgverzekeringswet (Zvw) te vallen. Wanneer mensen zijn opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis, komen de eerste 3 jaar van de opname onder de Zvw te vallen. Na die 3 jaar vallen zij onder de Wet langdurige zorg (Wlz).
  • Gemeenten gaan jeugdhulp leveren op grond van de Jeugdwet.
Zie voor meer informatie subrubriek Wet langdurige zorg (Wlz).

Tarief premies volksverzekeringen verlaagd maar IB-tarieven verhoogd

De Eerste Kamer heeft op 2 december 2014 het wetsvoorstel Wet langdurige zorg (Wlz) aangenomen. De Wlz vervangt de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). De wijziging heeft tot gevolg dat het tarief van de premies volksverzekeringen met 3% daalt maar daar staat tegenover dat de tarieven in de inkomstenbelasting in de eerste twee schijven met 3% worden verhoogd. De meeste mensen zullen deze verschuiving niet merken omdat de verlaging in de premies geheel wordt gecompenseerd door de verhoging van de tarieven in de inkomstenbelasting.

Reactie Ombudsman op veranderingen persoonsgebonden budget

De reactie gaat zelfs zover dat de ombudsman stelt dat hierbij 'de belangen van de burger uit het oog zijn verloren'. De regeling is zo ingewikkeld gemaakt dat het bijna niet meer is uit te voeren. Dat moest misgaan en dat is dan ook gebeurd, zorgverleners kregen/krijgen geregeld te laat of helemaal niet uitbetaald. Op 25 augustus 2015 verschijnt het eindrapport van de ombudsman.

Gebouwen verplicht toegankelijk voor gehandicapten

Gebouwen en bedrijven zijn algemeen verplicht deze voor mensen met een handicap toegankelijk te maken. De verplichting moet ingaan per 1 januari 2017, de Tweede Kamer heeft hiermee ingestemd.

Het gaat er om dat bedrijven eenvoudige aanpassingen moeten doen zodat gehandicapten overal toegang hebben. In de verplichting wordt de bepaling opgenomen wat van de instellingen redelijkerwijs mag worden verwacht. Ook de begrippen 'geleidelijkheid' en 'evenredigheid' komen in het wetsontwerp te staan. (Bron: NOS, 21 jan. 2016)



Jongeren uit jeugdzorg vragen op latere leeftijd vaak uitkering aan

Jongeren met een achtergrond in de jeugdzorg doen, eenmaal volwassen, een groot beroep op de Wajong, bijstand en de zorg. Gemeenten krijgen dus vaak opnieuw met dezelfde personen te maken, maar dan op een latere leeftijd. De grotere rol van gemeenten bij de zorg sinds 2015 biedt kansen om die groepen beter en uiteindelijk tegen lagere kosten te helpen, bijvoorbeeld door in de jeugdzorg al rekening te houden met het perspectief op werk. Dit blijkt uit een onderzoek van het Centraal Planbureau (CPB) dat op 13 juni 2016 verscheen.

Het CPB analyseerde de gegevens van alle jongeren die in 2011 18 jaar werden. Drie jaar later blijkt 80 procent van de Wajongeren uit deze groep uit de jeugdzorg te komen. Voor de AWBZ viel zelfs 90 procent eerder onder jeugdzorg en 40 procent van de mensen die bijstand ontvangen, gebruikte eerder jeugdzorg. Het is voor het eerst dat het gebruik van zorg en inkomensondersteuning van jongeren uit de jeugdzorg in de loop van de tijd is onderzocht.

Met pgb zorg inkopen in andere EU-landen

Met een persoonsgebonden budget zorg inkopen in andere EU-landen was tot voor kort niet mogelijk. De Centrale Raad van Beroep (april 2018) heeft echter geoordeeld dat de ziektekostenverzekeraar dit ten onrechte heeft geweigerd.

De zaak was aangespannen door een patiënt die in Portugal verbleef. Hij wilde met een pgb uit Nederland zorg inkopen van een in Nederland gevestigd bedrijf dat de zorg in Portugal verleende. Het Zorgkantoor weigerde dit. Volgens de Nederlandse wet kan iemand die in het buitenland verblijft maximaal voor 13 weken per jaar zorg inkopen met zijn pgb. Die zorg moet dan wel een voortzetting zijn van de behandeling die al in Nederland is begonnen. Dat was bij deze man niet het geval.

De rechtbank stelde het Zorgkantoor in het gelijk. De Centrale Raad van Beroep kijkt er echter anders tegenaan. De Raad meent dat de maximum termijn van 13 weken en de eis dat de behandeling een voortzetting moet zijn van zorg die al in Nederland is gestart, in strijd is met het recht op vrij verkeer van diensten, dat binnen de Europese Unie geldt.

Gemeenten luiden noodklok over jeugdzorg

Gemeenten (juni 2018) luiden de noodklok over de kosten van de specialistische zorg voor kinderen. Daarnaast moet het Rijk meer geld bijdragen aan jeugdzorg. Terneuzen, Eindhoven, Hengelo, Enschede, Zoetermeer, Zaanstad, Leeuwarden. Ze kampen met miljoenentekorten voor de jeugdzorg. Gezamenlijk luiden ze de noodklok over de kosten van de specialistische zorg voor kinderen.

Huisartsen zouden minder kinderen moeten doorverwijzen, vinden de gemeenten. Ook zou het Rijk meer geld moeten bijdragen aan de jeugdzorg. ‘Wij horen van het Rijk: jullie moeten je budget maar beter verdelen’, zegt wethouder Claudio Bruggink van Hengelo in Trouw. ‘Maar de tekorten in het sociale domein zijn te groot. Zo wil Hengelo de vergoedingen gaan versoberen.

Woonplaatsbeginsel per 2020 aangepast

Het woonplaatsbeginsel wordt per 2020 aangepast. De gemeente waar de jongere vandaan komt, wordt bij verblijf verantwoordelijk voor de kosten van de jeugdhulp. Zowel het verdeelmodel als de Jeugdwet moeten worden aangepast.

In het nieuwe woonplaatsbeginsel hoeft – voor het bepalen van de verantwoordelijke gemeente – het gezag niet meer te worden uitgezocht, meldt de VNG (juni 2018). Voor de bepaling van de woonplaats wordt gekeken naar de inschrijving in de Basisregistratie Personen (BRP).

Het woonplaatsbeginsel, dat bepaalt wie de rekening voor de geboden jeugdhulp betaalt, speelt een aantal gemeenten (financiële) parten. Het gaat vooral om gemeenten met een gespecialiseerde zorginstelling op hun grondgebied. Ook voor jeugdhulpaanbieders levert het in de praktijk problemen op. Zo moeten gemeenten vaak lang wachten op het geld waarmee zij de zorg voor de jeugdigen, waarvan de ouders niet in hun gemeenten wonen, hebben betaald.

Breda uitgeroepen tot meest toegankelijke stad van Europa

De gemeente Breda heeft de Access City Award gewonnen! Samen met het Platform ‘Breda voor iedereen, gastvrij en toegankelijk’, ondernemers, partners, vrijwilligers en Zet is er hard gewerkt aan een betere toegankelijkheid van de stad. De prijs is een onderscheiding voor steden die het leven voor gehandicapten en oudere mensen makkelijker maken. Het gaat onder meer om toegang tot openbaar vervoer, gebouwen, speelplaatsen, werkplekken en ICT-faciliteiten.

EU-commissaris Marianne Thyssen (Werk, Sociale Zaken en Arbeidsmobiliteit) maakte de winnaar van de zogenoemde Access City Award 2019 dinsdag bekend op een conferentie in Brussel. Zij prees vooral de inspanningen van de Brabantse stad om het middeleeuwse centrum voor iedereen toegankelijk te maken. Mensen met beperkingen kunnen bijvoorbeeld makkelijk in winkels, restaurants, en theaters komen. Locoburgemeester en wethouder Wijkaanpak van Breda Miriam Haagh zei "extreem trots" te zijn. "Iedereen bij ons kan deelnemen aan de maatschappij.’" (Bron: Wijzijnzet, 4 dec. 2018)

Huishouden via de gemeente moet worden verbeterd

Ouderen en gehandicapten voor wie de gemeente hulp bij het huishouden betaalt, krijgen betere garanties dat hun huis goed wordt schoongemaakt. Gemeenten worden verplicht duidelijke afspraken hierover vast te leggen. Deze aanpassing is nodig na een reeks uitspraken van de hoogste bestuursrechter, de Centrale Raad van Beroep. Die oordeelde dat gemeenten onvoldoende rechtszekerheid bieden als zij niet het aantal uren huishoudelijke hulp per week vastleggen. Ongeveer een derde van de gemeenten werkt zo.

Sinds 2015 geldt de Wet maatschappelijke ondersteuning. Die schrijft voor dat hulpbehoevenden meer zelf moeten doen, of anders hun omgeving om hulp moeten vragen. Het Rijk geeft de gemeenten sindsdien ruim 30 procent minder geld voor de huishoudelijke hulp die 400 duizend cliënten van hun gemeente ontvangen. (Bron: De Volkskrant, 12 apr. 2019)

Woonplaatsbeginsel uitgesteld tot 2021

De invoering van de wettelijke aanpassing van het woonplaatsbeginsel - beginsel dat regelt welke gemeente financieel verantwoordelijk is voor de jeugdhulp - wordt uitgesteld tot 1 januari 2021.

Het huidige woonplaatsbeginsel is onduidelijk en het leidt tot veel administratieve lasten. Het is voor zowel jeugdhulpverleners als voor gemeenten vaak moeilijk en omslachtig om uit te zoeken welke gemeente verantwoordelijk is. Daarom wordt nu gewerkt aan een nieuwe definitie en gaat het woonplaatsbeginsel wettelijk veranderen.

Echter, de benodigde wetswijziging viel tegen, reden om te besluiten de invoering van de wetswijziging een jaar op te schuiven. (Bron: Nederlands Instituut van Psychologen (NVP)

Woonplaatsbeginsel uitgesteld tot 2022

Het nieuwe woonplaatsbeginsel Jeugdwet wordt pas per 1 januari 2022 ingevoerd; een jaar later dan gepland. De coronacrisis en de opschorting van de herverdeling van het gemeentefonds zijn reden tot dit – nieuwe – uitstel. Spijtig, maar begrijpelijk, zijn de eerste reacties.

Het uitstel heeft minister Hugo de Jonge (VWS) in een brief aan de Kamer bekendgemaakt. De Jonge vindt het belangrijk dat de herverdeling van het gemeentefonds en de wijziging van het woonplaatsbeginsel gelijke tred houden. Die herverdeling van het gemeentefonds werd in februari opgeschort tot 2022.

Gerelateerde artikelen en/of partner bijdragen: Mantelzorg- of palliatiefverlof Wet langdurige zorg (tabellen)