Verkiezingen: de toekomst van het pensioen
Opinie | wo 17 mrt 2021 | Bron: Gommer&Partners | Auteur: Theo Gommer | Trefwoorden: Verkiezingsretoriek, Keuzevrijheid, Doorwerken, Vroegpensioen, Deeltijdpensioen, Wet Toekomst Pensioenen, AOW-leeftijd
Het is weer verkiezingstijd! In de verkiezingsretoriek schermen politieke partijen met programma’s voor het pensioenstelsel. Maar ditmaal is het pensioen bijzonderder:
de Wet Toekomst Pensioenen is in de maak!
Keuzevrijheid
Een speerpunt van de Wet Toekomst Pensioenen is de keuzevrijheid. Zoals wij in vorige bijdragen veelvuldig aanhaalden, bestaat keuzevrijheid vooral in de mogelijkheid om de pensioendatum te flexibiliseren (naar voren of naar achteren schuiven) en in de mogelijkheid om in deeltijd langer door te werken.
Een ‘flexibele pensioendatum’- recht op langer doorwerken
Opvallend is dat de VVD het standpunt bepleit, dat langer doorwerken ná de pensioendatum een recht moet zijn. Dat uitgangspunt past bij de huidige tijdsgeest. Volledig pensioneren is immers een abrupte knip, zowel in privé als financieel. Een recht op langer doorwerken zal tot gevolg hebben dat het ‘pensioenontslag’ tot het verleden gaat behoren. Werknemers zullen niet zonder meer ontslagen kunnen worden wegens het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd.
De concept-wettekst van de Wet Toekomst Pensioenen bepaalt dat het ouderdomspensioen uiterlijk vijf jaar na het bereiken van de
AOW-gerechtigde leeftijd in moet gaan. Dat betekent tegen 2024, dat een werknemer het recht zou moeten hebben, om te bepalen dat hij tot zijn 72ste blijft werken.
Zelf bepalen wanneer je met pensioen gaat: kost wel wat of levert wat extra op
Wat betreft de
AOW-datum, blijken tien partijen het erover eens dat de
AOW-datum uitgesteld zou moeten kunnen worden. Dat zou inhouden dat de werknemer die wenst om door te werken tot bijvoorbeeld zijn 69ste, hiertoe in staat moet worden gesteld. De incentive hierbij is ook interessant voor zij die werken leuk vinden: uitstel van de
AOW-ingangsdatum leidt tot een hogere
AOW-uitkering.
Omgekeerd wordt de vroegst mogelijke pensioneringsdatum wel wettelijk vastgesteld in de Wet Toekomst Pensioenen. Zo volgt uit de concept-wettekst dat maximaal tien jaar voor de
AOW-gerechtigde leeftijd is toegestaan.
Vroegtijdig pensioneren hoe dan ook mogelijk
Enkel 50Plus ziet daarbij ruimte om de
AOW-leeftijd flexibel te vervroegen tot drie jaar voor de
AOW-datum. Dat betekent dat een werknemer ‘volledig’ kan pensioneren in de eerste en tweede pijler. In principe een verdedigbaar standpunt, maar dat zal wel tot een verlaging van de
AOW-uitkering moeten leiden. Andere partijen voelen meer voor een flexibilisering van het werkgeverspensioen, waarmee een overbrugging naar de
AOW-datum kan worden gemaakt.
Deeltijd-pensioneren en in deeltijd langer doorwerken de nieuwe standaard
Linksom of rechtsom kan worden geconcludeerd dat in de politieke partijen gezamenlijk genoeg draagvlak is om de pensioendatum te flexibiliseren. In deeltijd doorwerken zal de nieuwe standaard worden, en een wettelijk recht op doorwerken na pensioendatum verdient dan ook om in de definitieve wettekst van de Wet Toekomst Pensioenen meegenomen te worden.
Het nieuwe uitgangspunt zal dan zijn dat werkgever en werknemer met elkaar om de tafel moeten, om het doorwerken na pensioendatum vorm te geven, en daarbij af te stemmen ‘hoe’ de werknemer (in deeltijd) pensioneert. Aan u de keus!
mr. J.T. Gommer MPLA CCFP & mr. M.K.A. van Slagmaat