Deze subrubriek gaat met name over de BTW die aan lease-auto's verbonden is. Alle overige onderwerpen die met BTW te maken hebben, worden genoemd in subrubriek Belasting Toegevoegde waarde (BTW)
De grondslag voor de bijtelling privégebruik auto is inclusief de BTW en de belasting van personenauto’s en motorrijwielen (BPM). De bijtelling voor de auto van de zaak is belast in de loonheffing.
Als de werkgever met een auto van de onderneming ook voor privé-ritten gebruik, geldt dat een bepaald percentage van de cataloguswaarde van de auto als onttrekking voor privé-gebruik wordt aangemerkt. De betaling voor het privé-gebruik geschiedt via de inkomstenbelasting.
Het BTW-bedrag dat de werkgever voor het privé-gebruik van een auto is verschuldigd, wordt berekend op basis van de onttrekking die geldt voor de inkomstenbelasting. Over het bedrag van de onttrekking voor de inkomstenbelasting moet hij 12% BTW betalen.
Als de werkgever minder dan 500 km privé rijdt en hij een kilometeradministratie bijhoudt, vindt de BTW-correctie plaats op basis van de werkelijk gereden kilometers.
Voor ondernemers met een auto van 15 jaar of ouder was het forfait tot 1 juli 2011 als volgt: men nam 35% van de waarde in het economisch verkeer, hiervan nam men 12% en dat moest men als BTW correctie betalen (simpel gezegd dus 4,2% van de dagwaarde). De Europese Gemeenschap heeft dit forfait echter ongeldig verklaard en vandaar dat Den Haag een nieuw forfait heeft ingevoerd: vanaf 1 juli 2011 moet men bij een BTW-auto 2,7% van de cataloguswaarde (de nieuwprijs) als BTW-correctie betalen. Zie Marge-auto's, waarvoor de bijtelling 1,5% is van de nieuwwaarde.
Hoewel de nieuwprijs van bijvoorbeeld een 15-jaar oude BMW 5-serie of Mercedes E-klasse natuurlijk aanzienlijk lager is dan die van een vergelijkbare nieuwe auto, gingen een aantal youngtimer-rijders er met het nieuwe forfait financieel wel op achteruit. Vandaar dat Aaben Youngtimers zich in 2011 in Den Haag hard heeft gemaakt voor een aangepaste regeling: in het verleden waren we nauw betrokken bij BijtellingYoungtimer.nl en is met succes gestreden voor reparatie van de aantrekkelijke forfaitaire bijtelling op youngtimers (bijtelling gerelateerd aan de dagwaarde in plaats van de nieuwprijs). De groep heeft bij het Ministerie van Financiën gepleit voor een aangepaste regeling voor youngtimers. Daar is uitgekomen dat voor marge-auto's¹ een forfait geldt van 1,5% van de cataloguswaarde.
¹ Een BTW-auto koopt iemand van de garage en een marge-auto koopt iemand van een particulier of van zichzelf, hij laat de auto privé op zijn zaak zetten. In het tweede geval is er geen sprake van BTW-terugvordering voor de koop van de auto en is dus een 1,5% bijtelling verschuldigd.
Een youngtimer met een dagwaarde van € 10.000 en een nieuwprijs van € 56.000 leverde met het oude forfait een BTW correctie op van € 420 per jaar (= 4,2% * 10.000).
Zou het een BTW-auto zijn dan is de BTW correctie met het nieuwe forfait € 1.512 per jaar (= 2,7% * 56.000). Zou het een marge-auto zijn, dan is de BTW correctie € 840 per jaar (= 1,5% * 56.000).
Als de ondernemer gemiddeld 21.000 km per jaar rijdt (waarvan aangenomen wordt dat 75% privé is) en er uit zijn administratie blijkt dat hij zo’n € 695 ’s-jaars aan BTW op autokosten terugvordert dan moet hij € 521 aan BTW terugbetalen aan de staat (= 75% * 695). Is de verhouding geen 75% maar kan hij aannemelijk maken dat de verhouding privé/zakelijk fifty/fifty is dan is de BTW correctie € 348 (= 50% * 695). Hier loont het dus om een aparte regel BTW op autokosten in de administratie op te nemen.
Zou het een BTW-auto zijn dan ligt door de teruggevorderde BTW op de aanschaf het omslagpunt natuurlijk hoger, maar in alle gevallen blijft het verstandig om de zaak goed door te rekenen!
In het bericht van 4 april 2017 sprak Flynth de verwachting uit dat de Hoge Raad in april uitspraak zal doen over de berekening van de btw-correctie over het privégebruik van een zakelijke auto. Deze verwachting is uitgekomen. De Hoge Raad heeft bevestigd dat op 21 april 2017 arrest zal worden gewezen in alle vier door Flynth gevoerde proefprocedures over dat onderwerp. Dan zal duidelijk worden of de btw-correctie blijft zoals die sinds 1 juli 2011 was, of dat het toch wat anders en voor u als ondernemer ook wat voordeliger wordt.
Zie onder.
Leidraad in de uitspraken houdt in dat de BTW-heffing wegens privégebruik van een ter beschikking gestelde auto in beginsel moet berusten op de werkelijke verhouding tussen zakelijk en privé gebruik. Een kilometeradministratie is niet het enige mogelijke bewijs. Bij het ontbreken van concrete gegevens moet men een redelijke schatting maken.
Omdat het hier niet gaat om uitspraken waar iedere HRM-er op zit te wachten, volstaat de redactie HR-kiosk met het vermelden van de vier arresten d.d. 21 april 2017:
ECLI:NL:HR:2017:711
ECLI:NL:HR:2017:712
ECLI:NL:HR:2017:713
ECLI:NL:HR:2017:714
(Bron: taxence, 24 apr. 2017)
NB: In verschillende arresten wordt de term 'om niet' gebruikt. 'Om niet' is een juridische term waarmee wordt aangegeven dat iets geleverd wordt zonder dat daar een tegenprestatie tegenover staat. Naast dat iets bij een overeenkomst bijvoorbeeld gratis wordt geleverd kan met een tegenprestatie ook iets in natura worden bedoeld, bijvoorbeeld het verrichten van werkzaamheden. (Bron: Wikipedia)
De Europese commissie wil dat leveranciers in het land van herkomst zelf direct de BTW laat innen, volgens het tarief dat geldt in het land van bestemming. De belastingdienst in land van oorsprong maakt dat dan over naar de collega’s in het land van bestemming. Dit om grensoverschrijdende BTW-fraude (‘carrouselfraude) aan te pakken. Moscovici gaat ervan uit dat bedrijven vanaf 2022 bij één portaal en in hun eigen taal de tarieven kunnen vinden die zij Europese afnemers in rekening moeten brengen. Voor telecommunicatie en andere elektronische diensten bestaat al zo’n platform.
Fiscalisten vrezen voor extra lasten voor het bedrijfsleven en twijfelen over de doeltreffendheid van de door Eurocommissaris Pierre Moscovici gepresenteerde aanpak. (Bronnen: FD & Fiscaalvanmorgen, 5 okt. 2017)
De gemiddelde BPM op een nieuwe benzineauto is tussen 2012 en 2018 met 56,4% procent gestegen, meldt de vereniging RAI van autofabrikanten en -importeurs. Voor een dieselauto is de stijging 82,7%. Dat staat haaks op de belofte van het kabinet om de aanschafbelasting te verlagen, aldus RAI.
Voor een benzineauto werd vorig jaar gemiddeld € 4.643 aan BPM neergeteld. Zes jaar eerder was dat nog € 2.967. Op de aanschafprijs van een diesel is in 2018 gemiddeld € 8.876 belasting betaald, tegen € 4.857 in 2012. RAI-voorzitter Steven van Eijck pleit voor afschaffing: “De BPM ondermijnt ons streven naar duurzame, veilige en betaalbare mobiliteit en is op termijn onhoudbaar.” (Bron en meer: Fiscaalvanmorgen, 11 feb. 2019)
De getaxeerde waarde van geïmporteerde tweedehands auto’s wordt in de toekomst onafhankelijk gecontroleerd door de RDW. Dit is een oplossing voor de praktijk waarin schade aan een geïmporteerd voertuig nu soms wordt uitvergroot of fictief opgegeven, met het doel minder BPM te betalen. Dat schrijft staatssecretaris Menno Snel (Financiën) woensdag in een brief aan de Tweede Kamer.
De nieuwe maatregel wordt de komende tijd nog uitgewerkt met de RDW en marktpartijen. (Bron: Rijksoverheid, 31 jan. 2019)
Volgens betrouwbare bronnen overweegt het kabinet de aanschafbelasting op nieuwe personenauto’s (BPM) fors te verhogen om daarmee de eerder voorgestelde verhoging van de motorrijtuigenbelasting (MRB) te kunnen terugdraaien, melden BOVAG en RAI Vereniging. De organisaties roepen het kabinet op deze route niet te bewandelen, omdat een hogere BPM zorgt voor minder verkoop van nieuwe auto’s. De nieuwste auto’s zijn juist de zuinigste, getest volgens nieuwe strenge eisen en dus keihard nodig om de klimaatdoelstellingen te halen. (Bron en meer: Accountancyvanmorgen, 15 mrt. 2019)
Redactie: De aankoop van een auto in het buitenland is vaak goedkoper dan in Nederland. De regels zijn echter ingewikkeld, wij adviseren vooraf aan de aankoop een deskundige te raadplegen.
Ingegeven door onder meer de vervoersproblemen die veroorzaakt zijn door de coronacrisis, zijn onder meer de volgende aanpassingen te melden:
Uitgangspunt voor de btw-heffing is het werkelijke privégebruik en de daadwerkelijk daaraan toerekenbare kosten. Zijn die gegevens niet bekend, dan kan de btw worden berekend met een forfait. Dat bedraagt 2,7% van de catalogusprijs (inclusief btw en bpm). Na het vijfde bezitsjaar wordt dit 1,5%.
De berekening voor het privé-gebruik mag tijdsevenredig worden aangepast.
(Bronnen juli 2020: AMD en derden)
Ga terug naar Leaseauto.