Actuarissen: AOW-leeftijd kan vijf jaar later stijgen naar 67

do 7 jun 2018  |  Bron: FD & HR-kiosk  |  Auteur: Andries Bongers  |  Trefwoorden: ,

De AOW-leeftijd hoeft pas vijf jaar later te stijgen naar 67 dan in de huidige afspraken is vastgelegd. Dat komt doordat de levensverwachting van 65-jarigen de afgelopen jaren minder snel toeneemt dan verwacht, stellen actuarissen op basis van cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
In 2013 besloot de politiek* dat de AOW-leeftijd in stappen omhooggaat naar 67 jaar in 2021. Daarna stijgt die verder met de levensverwachting. In 2022 gaat de AOW-leeftijd daarom met nog eens drie maanden omhoog. Maar de druk op het kabinet groeit om dit tempo te vertragen.
De gedachte is dat de verhoging van de AOW-leeftijd de stijging van de levensverwachting compenseert. De levensverwachting blijkt echter minder snel op te lopen dan verwacht.
Werkgevers en werknemers willen dat de AOW-leeftijd van 67 pas in 2025 wordt bereikt, zo bleek vorige week uit een uitgelekt concept-pensioenakkoord. Dat kan zelfs nog een jaar later, betogen de actuarissen in een artikel dat binnenkort verschijnt in het huisblad van het Actuarieel Genootschap.
*Al in 1917 besloot de toenmalige Tweede Kamer, dat de pensioengerechtigde leeftijd van 70 jaar te verlagen naar 65 jaar en dat deze periodiek zou worden aangepast aan de levensverwachting. Men heeft daar “maar” 100 jaar op gewacht!
De vraag zou ook kunnen zijn: moet je de pensioengerechtigde leeftijd niet aanpassen aan de wensen van de pensioengerechtigden en hiervoor een navenante premie laten betalen?
Nu ook nog een gezonde discussie op basis van feiten over een aanpassing van de rekenrente en niet op vage angstverhalen, die niet overeenkomen met de werkelijkheid!