Pensioenfondsen en de flexibele premieovereenkomst

Opinie  |  di 12 apr 2022  |  Bron: Pensioenlogica.nl  |  Trefwoorden: , , ,

Een groot deel van de werkgevers is in Nederland op basis van een cao of de Wet Bedrijfstakpensioenfonds 2000 verplicht aangesloten bij een pensioenfonds. Niet een pensioenfonds naar keuze, maar het pensioenfonds dat op verzoek van het georganiseerde bedrijfsleven is gekozen. Om te voorkomen dat er onderling wordt geconcurreerd op de arbeidsvoorwaarde pensioen. In de praktijk lijkt dit te werken. Echter er bestaan tussen de verschillende sectoren grote kwaliteitsverschillen, die vanaf de uiterste ingangsdatum van de nieuwe pensioenregeling in 2027 zichtbaarder zullen worden.     
 
Het nieuwe pensioenstelsel kent minder zekerheden, het pensioen wordt afhankelijk van vele variabelen. Wat wel blijft is dat de kwaliteit voor het grootste gedeelte afhankelijk is van de hoogte van de premie-inleg. Er zijn verschillende premieovereenkomsten vanaf 2023 beschikbaar, zoals de solidaire premieovereenkomst, de flexibele premieovereenkomst en de premie-uitkeringsovereenkomst. Dit laatste contract, de premie-uitkeringsovereenkomst blijft buiten beschouwing van dit artikel en mag alleen door verzekeraars worden uitgevoerd.

Solidair of flexibel?

De solidaire premieovereenkomst kent meer solidaire kenmerken, de flexibele premieovereenkomst meer…flexibele. Echter de flexibele variant is verre van solitair. Er zijn genoeg solidaire onderdelen aanwezig om te voorkomen dat de verplichtstelling in gevaar komt. Onderzocht door het Expertisecentrum Pensioenrecht van de Vrije Universiteit Amsterdam. 
 
Dat pensioenfondsbesturen een voorkeur hebben voor de solidaire premieovereenkomst is geen verrassing. Echter, dat het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds (ABP) en de grootste vakbond van Nederland (FNV) al voor 2022 (5 jaar voor de transitie) hun voorkeur (ABP) of zelf uitsluiting (FNV) uitspraken is wel heel voorbarig. De wet is nog geeneens definitief en is nog in ontwikkeling! Alleen in zeer uitzonderlijke gevallen willen beide partijen afwijken.
 
Hoe solidair is het om zo snel binnen het transitieproces de flexibele premieovereenkomst uit te sluiten? Dat is niet gewenst. Per sector/bedrijf moet eerst grondig worden bestudeerd welke premieovereenkomst het beste past. De keuze openlaten kan tot meer maatwerk leiden en hoeft de verplichtstelling dus niet in gevaar te brengen.

Flexibele premieovereenkomst

De flexibele pensioenovereenkomst biedt meer keuzevrijheid zonder een aantal (naar keuze) solidaire kenmerken uit het oog te verliezen. Ook deze premieovereenkomst deelt risico’s, kent meer beleggingsvrijheid, de deelnemer kan met zijn pensioenkapitaal op de pensioendatum shoppen naar eventueel een andere pensioenuitvoerder, heeft de keuze voor een variabel en ook voor een vaste pensioenuitkering enz.
 
Bij een flexibele premieovereenkomst wordt het beleggingsbeleid standaard op basis van life-cycles vormgegeven. Een life-cycle belegging houdt in dat er tijdens de jonge deelnemersjaren risicovoller wordt belegd dan tijdens de latere jaren. Afwijken van deze standaard kan mogelijk worden gemaakt. Gedurende de opbouwfase van het pensioenkapitaal tot pensioenleeftijd. Binnen het fondsenpalet kan de deelnemer zijn investeringen afstemmen op zijn persoonlijke situatie en wensen. Naast deze flexibiliteit blijven er genoeg solidaire onderdelen over waaronder een optionele risicodelingsreserve. Een risicodelingsreserve zorgt voor een intergenerationele risicodeling, stabilisering van de pensioenen (voor zover mogelijk) en het delen van niet-verhandelbare risico’s (zoals het macro-langlevenrisico).
Vrijheid, voor de wel geïnteresseerde minderheid
Ik ben mij bewust dat de meerderheid niets met de vrijheden doet, echter zou ik graag zien dat de wel geïnteresseerde minderheid een optimale keuzevrijheid geniet. Andere, duurzame beleggingsfondsen, afwijken van de standaard aandelen/obligatie - verdeling etc. Het kan zijn dat tijdens dit keuzeproces pensioenfondsen worden verplicht te adviseren. Mogen zij dat wel?  

Advies verplicht, tot welk niveau?

Pensioenfondsen mogen niet product gerelateerd adviseren. Op het zogenoemde WFT- niveau met als doel een specifiek product aan te bevelen. Dat mogen pensioenfondsen niet. Adviseren over keuzes die voortvloeien uit de pensioenregeling zelf of de pensioenregelgeving mag wel. Volgens de memorie van toelichting. Wat heeft de deelnemer daaraan? De deelnemer mist op deze manier de voordelen die bij een gedegen pensioenadvies horen: het inzoomen op de details en die in perspectief plaatsen door uit te zoomen. Daarin wordt de gehele situatie beschouwd en gewogen en niet slechts één onderdeel. Weet wel dat veel werknemers meerdere regelingen hebben. Alleen al op pensioengebied hebben zij in de loop der jaren meerdere potjes opgebouwd. Gaan al deze pensioenuitvoerders los van elkaar aan keuzebegeleiding doen? De kans dat dan het gewenste resultaat wordt bereikt, een deelnemer die de beste keuze maakt, alles meewegend, realistisch, schat ik laag in. De deelnemer ziet tussen het bos de bomen niet meer schat ik zo in.
Toch helpt de verplichte keuzebegeleiding. Hoe dan?   

Keuzebegeleiding toch interessant 

 Artikel 7 Wet Bedrijfstakpensioenfonds 2000 staat alleen algemene informatie of informatie over specifiek alleen de pensioenregeling toe die bij het pensioenfonds is ondergebracht. Of de keuzebegeleiding uit het nieuwe wetsvoorstel daaraan voldoet is de vraag. Als keuzebegeleiding voldoet, opent keuzebegeleiding de deur voor verplichte pensioenfondsen om de flexibele premieovereenkomst aan te bieden. Hierdoor kan de deelnemer vervolgens binnen de verplichtstelling voor meer maatwerk gaan en zelf of een onafhankelijk pensioenadviseur het beste uit zijn totaalsituatie laten halen; hypotheek, vermogen, diverse pensioenregelingen in alle soorten en maten enz. Zo gaan maatwerk en solidariteit prima samen!
 
Nu alleen nog de verplichte pensioenfondsen zover krijgen dat ze hun blik verruimen en zich niet alleen op een solidaire premieovereenkomst focussen.
 
Meer over informatie over informatie, advies en keuzebegeleiding in het artikel ‘Keuzebegeleiding‘ in Pensioen Transitieplan