Ondernemingsraad

Datum laatste wijziging: 29 november 2014  |  Trefwoorden:

Instemmingsrecht OR
In principe is voor invoering van de werkkostenregeling geen advies- of instemmingsrecht van de OR vereist. Instemming is wel vereist als door de wijziging het beloningssysteem verandert, bijvoorbeeld als onderdeel van een cafetariasysteem. Als regel is instemming ook vereist als in het verleden arbeidsvoorwaarden met toestemming van de Ondernemingsraad zijn vastgesteld of als de werkgever en de OR aanvullende afspraken over instemming of advies hebben gemaakt.

Vroegtijdig betrekken
Instemmingsrecht of niet, het is verstandig om de ondernemingsraad in een vroeg stadium te betrekken bij het implementatieproces van een cafetariasysteem. Een belangrijke voorwaarde voor een keuzesysteem is dat de gekozen bronnen en doelen inspelen op de behoeften die bij het personeel leven. De OR is bij uitstek het instituut die deze gevoelens kan verwoorden en ondersteunen.
Het is ook wenselijk om de OR te betrekken bij de uitvoering van een enquête, beter gezegd, om deze enquête juist samen met de or te initiëren. Immers of het nu wenselijk of tactisch juist is, de OR heeft op dit punt een duidelijk instemmingsrecht volgens artikel 27.1 WOR. Ook wanneer in de CAO een à-la-carte regeling is opgenomen, wordt in vrijwel alle gevallen de invoering ervan aan de werkgever overgelaten. In dat stadium komen bijna alle subartikelen van 27.1 van de WOR om de hoek kijken, zodat de OR vroeg of laat, maar zeker bij het vaststellen van het reglement zijn instemming moet geven.

Initiatief
In de praktijk komt het meermalen voor dat juist de OR, in plaats van het management, het initiatief neemt voor een onderzoek naar de mogelijkheden van fiscaal vriendelijk belonen. Daar waar de directie samen met de OR een keuzesysteem introduceert en promoot, blijkt het succes beduidend groter te zijn.

Vrijval werkgeverslasten
Vaak wordt de OR betrokken bij de besteding van de vrijval van werkgeverslasten. Het bedrag dat vrijkomt omdat de werkgever minder premie, vakantietoeslag en dergelijke verschuldigd is, kan vrij exact worden berekend.
Voor een deel kan het besteed worden aan de organisatiekosten van het cafetariasysteem zelf. Het restant wordt vaak samen met de directie bestemd voor een specifiek HR-doel, zoals het financieren van de totale inrichting van een kinderopvanglocatie of een extra fonds voor opleidingen. De vrijval van werkgeverslasten wordt dan in het personeelsfonds gestort.