Participatiewet (inleiding)

Datum laatste wijziging: 21 augustus 2023  |  Trefwoorden: , , , ,

Inhoud

  1. Punten Participatiewet
  2. Participatiewet opent deuren naar arbeidsmarkt voor mensen met beperking
  3. Vaststelling doelgroep
  4. Tegenprestatie
  5. Onvoldoende Wajongers voor de participatiewet
  6. Participatiewet aangenomen door Eerste Kamer
  7. Zijn 100.000 banen voor arbeidsbeperkten wel mogelijk?
  8. Snel duidelijkheid over sociale werkplaatsen
  9. Nota van wijziging Verzamelwet SZW 2015
  10. Huidige werknemers niet ingeruild voor werknemers met premiekorting
  11. Begroting 2015
  12. Boegbeeld banenplan Van der Gaag
  13. Randstad helpt bedrijven bij plaatsen arbeidsgehandicapten
  14. Werkgevers blij met gelijktrekken regels participatie
  15. Ondersteuning voor werkgevers bij uitvoering Participatiewet
  16. Kamer wil bredere doelgroep quotumwet
  17. Spigt aangesteld als aanjager overheidssector
  18. Kennisdocument Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten
  19. Ondersteuning werkgevers eenvoudiger
  20. Niet genoeg gehandicapte jongeren aangemeld voor garantiebanen
  21. Online werkgeversmagazine over de Participatiewet
  22. Terugboeking Gemeentefonds naar Min. SZW
  23. Bedrijven realiseren 7.500 banen voor mensen met beperking
  24. Begroting 2016
  25. Akkoord vakbonden en werkgevers over doelgroep-banen
  26. Minder bureaucratische uitwerking gewenst
  27. Aanpassingen Participatiewet 2016
  28. No-riskpolis voor doelgroep Participatiewet
  29. Tegenprestatie bij klein aantal gemeenten niet correct geregeld
  30. Werkgevers nemen meer jonggehandicapten aan
  31. Vereenvoudigingen Participatiewet en Wet banenafspraak
  32. Verdringingstoets Participatiewet 'prematuur'
  33. Klijnsma wil vereenvoudiging Participatiewet
  34. Wettelijke verplichting beschut werk en vereenvoudiging Wet banenafspraak
  35. Kritiek Raad van State op wetsontwerp Verplichting beschut werk
  36. Verdringingstoets Participatiewet aangenomen
  37. Dag van de Duizend Voorbeelden
  38. Experimenten met de Participatiewet
  39. Rekenkamer bevestigt 'zere plekken' banenafspraak
  40. Bezwaren bij sociale dienst fors gedaald
  41. Mensen met arbeidsbeperking eenvoudiger aan werk helpen
  42. Bijval en kritiek op doorzetten plannen loondispensatie
  43. Doel Participatiewet niet bereikt
  44. Overheid laat steken vallen bij uitvoering Participatiewet
  45. Wijziging Participatiewet en Ziektewet
  46. Extra regels en verplichtingen schaden doel Participatiewet
  47. Weinig werkgevers nemen arbeidsbeperkten in dienst
  48. Jonggehandicapten onder de Participatiewet
  49. Evaluatie vier jaar Participatiewet
  50. Nogmaals evaluatie participatiewet (eind 2019)
  51. Wetsvoorstel verbetering ondersteuning mensen in de bijstand
  52. Wetsvoorstel Breed Offensief
  53. Uitzondering tweedegraads bloedverwanten in Participatiewet blijft bestaan

Punten Participatiewet

Gemeenten krijgen veel vrijheid om zelf te bepalen welke ondersteuning mensen met een arbeidsbeperking nodig hebben. Dit staat in de contourenbrief Participatiewet die staatssecretaris Klijnsma vlak voor Kerst naar de Tweede Kamer heeft gestuurd, punten daaruit:
  • Quotumregeling: organisaties met meer dan 25 werknemers moeten in 2020 een personeelsbestand hebben dat voor minimaal 5% bestaat uit werknemers met een arbeidsbeperking. Als een werkgever daaraan niet voldoet, heeft dat financiële gevolgen. Er is nog niet bekend hoe de berekening van het vastgestelde aantal arbeidsgehandicapten plaatsvindt, bijvoorbeeld of dit op basis van dienstverbanden, FTE's of verloonde uren gebeurt. Het ziet ernaar uit dat werkgevers zes jaar de tijd krijgen om zich voor te bereiden en de werknemers daadwerkelijk te vinden.
  • Wajong: de nieuwe wet heeft geen gevolgen voor mensen die nu al een Wajong-uitkering hebben. Zij blijven vallen onder het UWV. De huidige Wajongers worden niet herkeurd en ook hun uitkering wordt niet verlaagd. Dit is een grote verbetering voor deze groep ten opzichte van de eerdere plannen voor de Wwnv. Wel wordt er flink bezuinigd op de middelen die beschikbaar zijn voor re-integratie. Voor de nieuwe instroom veranderen de regels wel: de Wajong is vanaf 1 januari 2014 alleen nog toegankelijk voor jonggehandicapten die volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn. Mensen met een arbeidshandicap die kunnen werken, vallen dan onder de Participatiewet.
  • Sociale werkvoorziening (Wsw) is vanaf 1 januari 2014 niet meer toegankelijk voor nieuwe werknemers. Het kabinet geeft gemeenten de ruimte om zelf beschut werk te organiseren voor mensen die enkel onder beschutte omstandigheden kunnen werken. Voor mensen die nu al met een Wsw-indicatie werkzaam zijn in de sociale werkvoorziening, verandert er door de nieuwe wet niets. Zij houden dezelfde rechten en plichten. Wel wil het kabinet nog steeds dat er veel meer mensen aan de slag gaan vanuit de SW bij gewone werkgevers. De eerder aangekondigde bezuinigingen op de SW worden niet in drie jaar maar in zes jaar doorgevoerd. Het toekomstperspectief van veel SW-bedrijven wordt hierdoor weer wat beter.
  • Gemeenten: vooral de gemeenten gaan vanaf 2014 mensen met een arbeidsbeperking aan het werk helpen. De staatssecretaris kondigt in de brief aan dat de gemeenten veel vrijheid krijgen bij het bepalen van de ondersteuning die mensen nodig hebben. Wie niet meer in aanmerking komt voor een uitkering, moet met hulp van de gemeente een baan vinden bij een gewone werkgever. Gemeenten kunnen hierbij instrumenten als een jobcoach, werkplekaanpassingen en de no-riskpolis inzetten. Het systeem van loondispensatie dat nu in de Wajong bestaat, gaat straks voor alle arbeidsgehandicapten gelden.
  • Dienstverlening aan werkgevers: UWV en de Vereniging Nederlandse Gemeenten zijn overeengekomen dat ze de dienstverlening aan werkgevers gaan organiseren vanuit 35 arbeidsmarktregio's. De arbeidsmarktregio's krijgen een aanspreekpunt waar werkgevers terecht kunnen voor informatie, advies en expertise. Ook worden vacatures en gegevens van werkzoekenden in een systeem geregistreerd.
  • Ingangsdatum: de Participatiewet moet per 2014 van kracht worden. Op 30 januari gaat de Tweede Kamer over deze contouren van de Participatiewet in overleg. De ministerraad wil het complete wetsvoorstel Participatiewet dit voorjaar bij de Tweede Kamer indienen. Voor die tijd zal de Raad van State er ook nog advies over geven. De wet moet op 1 januari 2014 van kracht worden.

Participatiewet opent deuren naar arbeidsmarkt voor mensen met beperking

Gemeenten, werkgevers, werknemers en het Rijk hebben vooruitlopend op de inwerkingtreding van de Participatiewet afspraken gemaakt (2013) over de invulling van 125.000 banen voor mensen met een arbeidsbeperking: 100.000 banen bedrijfsleven en 25.000 overheid. Deze banen zijn bestemd voor wie niet in staat is het wettelijk minimumloon te verdienen. Wajongers en mensen die op de wachtlijst staan voor de sociale werkvoorziening komen als eerste voor deze banen in aanmerking.

Vaststelling doelgroep

Organisaties moeten vanaf 2015 helpen bij het realiseren van extra banen voor arbeidsgehandicapten die niet zelfstandig het minimumloon kunnen verdienen. Bij UWV kan worden opgevraagd wie er op grond van de Participatiewet binnen deze doelgroep vallen.

Als de gemeente straks vermoedt dat iemand onder de doelgroep van de Participatiewet valt, laat zij UWV een arbeidskundige beoordeling uitvoeren op medische, sociale en gedragsaspecten. Is de persoon in kwestie inderdaad niet in staat om zelfstandig het wettelijk minimumloon te verdienen, dan wordt hij in het nieuwe doelgroepenregister van het UWV opgenomen.

Zwakke regio's kunnen straks rekenen op een groter deel van het budget voor hulp aan arbeidsgehandicapten. Staatssecretaris Klijnsma van Sociale Zaken heeft dat aan de Tweede Kamer geschreven (2014). Door rekening te houden met de regionale arbeidsmarkt en het aantal mensen met een arbeidsbeperking in een gebied wil Klijnsma recht doen aan de situatie in economisch zwakke regio's.

Ook bij de verdeling van het bijstandsgeld en loonkostensubsidies zal gelet worden op de kenmerken van een wijk, gemeente en regio. In het nieuwe model dat Klijnsma wil hanteren spelen verder de samenstelling van huishoudens (leefvorm, leeftijd, wel of geen koopwoning, niet-westerse achtergrond en opleiding) een rol.

Om de overgang naar het nieuwe model voor de gemeenten niet te groot te maken, zal die geleidelijk plaatsvinden. De eerste twee jaar worden de budgetten nog voor de helft vastgesteld op basis van uitgaven in het verleden. De exacte verdeelsleutel wordt later bekend.

Tegenprestatie

Als iemand een uitkering ontvangt van de gemeente, dan mag de gemeente hem/haar vragen daarvoor een tegenprestatie te doen. Die tegenprestatie bestaat uit onbetaald werk dat nuttig is voor de samenleving. De gemeente kan hem/haar ook werkervaring laten opdoen in een participatieplaats, of vrijwilligerswerk als onderdeel van uw re-integratietraject. Evenwel, dit is geen tegenprestatie.

Wat zijn de kenmerken van een tegenprestatie dan wel? Een tegenprestatie bestaat uit activiteiten met de volgende kenmerken:

  • Het zijn activiteiten voor een paar uur per dag of per week.
  • Het zijn activiteiten voor enkele weken of maanden, dus niet voor lange tijd.
  • Het is geen werk waarvoor eigenlijk betaald moet worden. Het mag dus geen 'gewone baan' zijn.
  • Het hoeft geen activiteit te zijn waarmee de kansen op betaald werk worden vergroot, zoals bij een participatieplaats of vrijwilligerswerk vaak wel het geval is.
  • De activiteit mag de kansen op betaald werk niet in de weg zitten.
  • Het moeten activiteiten zijn die iemand normaal gesproken kan doen. Dat betekent dat de gemeente bij een tegenprestatie rekening moet houden met
    • lichamelijke of psychische beperkingen,
    • de zorg voor (jonge) kinderen,
    • de zorg voor een hulpbehoevende partner of familielid (mantelzorg),
    • al of niet beheersing van de Nederlandse taal en
    • de reistijd van huis naar de werkzaamheden.
Lees meer in Bijstand (inleiding).

Onvoldoende Wajongers voor de participatiewet

Werkgevers bereiden zich voor op de 'War for Wajong', echter het streven om 125.000 (extra) banen te creëren voor jonggehandicapten door Nederlandse werkgevers samen met de overheid is niet realistisch. Maximaal 64.000 Wajongers zijn geschikt en bereid om te werken. Werkgevers werken momenteel aan meerdere wervingsstrategieën om de meest talentvolle Wajongers te werven (type-1 en type-2), maar ook alternatieve strategieën van outsourcing en herdefiniëren van eigen werknemers worden overwogen. Dit blijkt uit het rapport War for Wajong van Intelligence Group.

Participatiewet aangenomen door Eerste Kamer

Op 1 juli 2014 is de Participatiewet door de Eerste Kamer aangenomen. Daarnaast heeft staatssecretaris Klijnsma van SZW de Quotumwet naar de Tweede Kamer gestuurd, zie onder.

Zijn 100.000 banen voor arbeidsbeperkten wel mogelijk?

Staatssecretaris Jetta Klijnsma, de vrouw achter de Participatiewet, weet bijna zeker dat het Nederlandse bedrijfsleven en de overheid voor 2026 125.000 banen zullen creëren voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Hans Dijkman, HR-directeur van Philips Nederland, heeft zijn twijfels.

Nota van wijziging Verzamelwet SZW 2015

Minister Asscher heeft de nota van wijziging inzake het wetsvoorstel Verzamelwet SZW 2015 aangeboden aan de Tweede Kamer. Deze nota van wijziging brengt een aantal wijzigingen aan in de Participatiewet en Wet werk en zekerheid.

Huidige werknemers niet ingeruild voor werknemers met premiekorting

Werkgevers zullen werknemers niet ontslaan en inruilen voor werknemers met premiekorting, is de verwachting van minister Asscher. Hij reageerde hiermee op vragen van Tweede Kamerlid Paul Ulenbelt (SP) over de ongewenste gevolgen van de premiekorting voor oudere werknemers.

Een werkgever krijgt premiekorting wanneer hij een uitkeringsgerechtigde van 50 jaar of ouder of een arbeidsgehandicapte aanneemt. Gedurende drie jaar mag de premiekorting van maximaal 7.000 euro worden toegepast. Wenselijk zou zijn wanneer de werknemer na de afloop van de premiekortingsperiode een vast contract aangeboden zou krijgen.

Snel duidelijkheid voor sociale werkplaatsen

Er komt snel duidelijkheid over de toekomst van de sociale werkvoorziening. Staatssecretaris Jetta Klijnsma van Sociale Zaken laat de Tweede Kamer voor het eind van het jaar een weten hoe de nieuwe Participatiewet, die VVD en PvdA in het regeerakkoord hebben aangekondigd, er precies gaat uitzien. Klijnsma zei dat donderdag in een overleg met de Kamer.

In de nieuwe wet wordt een aantal bestaande wetten voor mensen met een arbeidshandicap samengevoegd. Dat moet leiden tot een bezuiniging van op termijn 1,8 miljard euro. Daar staat tegenover dat grote bedrijven een percentage mensen in dienst moeten nemen die niet aan de slag komen op de reguliere arbeidsmarkt.

Begeleid werk

Volgens de nieuwe wet kunnen gemeenten nog 30.000 arbeidsgehandicapten een werkplek bieden. De overigen moeten begeleid werk zoeken bij een regulier bedrijf. Klijnsma onderstreepte dat de degenen voor wie straks geen ‘beschutte’ werkplek bij de gemeenten meer is, niet aan hun lot worden overgelaten. ‘We gaan er heel hard aan werken om die mensen elders aan de slag te krijgen.’

Kritiek

De oppositie, vooral de SP, haalde uit naar PvdA-politica Klijnsma en de PvdA-fractie, omdat zij hebben ingestemd met de nieuwe wet. Die komt in de plaats van de wet Werken naar vermogen van het eerste kabinet-Rutte, waar de PvdA destijds felle kritiek op had. Volgens Klijnsma zijn er duidelijke verschillen tussen beide wetten
 

Begroting 2015

De Participatiewet maakt het o.m. aantrekkelijk voor bedrijven laaggeschoold werk naar Nederland terug te halen. De wet beperkt de lastendruk en biedt loonkostensubsidies.

In het kader van de Participatiewet moet u uw vacatures aanpassen aan de vermogens van arbeidsgehandicapten. Werkgeversorganisaties VNO-NCW en AWVN gaan de komende tijd praktijkvoorbeelden ontwikkelen om te laten zien hoe het economisch rendabel kan zijn om arbeidsgehandicapten aan te nemen.

Boegbeeld banenplan Van der Gaag

Aart van der Gaag wordt het boegbeeld van de werkgeversorganisaties voor het project om 100.000 mensen met een arbeidsbeperking aan een baan te helpen. Dat hebben VNO-NCW, MKB-Nederland en LTO Nederland bekendgemaakt. Van der Gaag is ook voorzitter van de branchevereniging van uitzendorganisaties ABU.

Van der Gaag gaat leiding geven aan dit project, dat voortvloeit uit het sociaal akkoord en de afspraken die daarover zijn gemaakt met het kabinet. Hij zal de activiteiten van branches en regio's coördineren en ook de verbindingsman zijn met de vele al bestaande projecten op dit gebied.

Randstad helpt bedrijven bij plaatsen arbeidsgehandicapten

Randstad heeft een kwantitatief online onderzoek verricht onder HR-verantwoordelijken over de Participatiewet. In dit onderzoek zijn HR-verantwoordelijken van bedrijven ondervraagd naar de bekendheid, kennis over en houding ten aanzien van de nieuwe Participatiewet die vanaf 2015 van kracht is. 82% van deze groep heeft momenteel al 1 of meerdere werknemers met een arbeidsbeperking in dienst.

Randstad: 'Bent u bekend met de Participatiewet en wilt u weten welke voorbereidingen u moet treffen? Of bent u juist op zoek naar hoe HR-verantwoordelijken binnen de grote organisaties van Nederland dit doen? In de whitepaper HR & Participatie 2014-2015 leest u hier alles over.'

Werkgevers blij met gelijktrekken regels participatie

Werkgeversvereniging VNO-NCW en MKB Nederland zijn blij met de toezegging van staatssecretaris Klijnsma dat regels voor het aannemen van mensen met een beperking onder de nieuwe Participatiewet voor iedereen gelijk worden. Staatssecretaris Klijnsma liet weten dat steunmaatregelen om mensen aan het werk te helpen gelijkgetrokken zullen worden. Het gaat bijvoorbeeld om een no-riskpolis waarmee werkgevers zich kunnen verzekeren tegen de loonkosten als een arbeidsgehandicapte ziek wordt. Nu zijn er nog verschillende no-risk polissen maar dat verschil gaat verdwijnen.

En verder, werkgevers hoeven niet zelf uit te zoeken of hun werknemer door de Participatiewet van de gemeente of door het UWV wordt ondersteund. Dat zorgt voor overzichtelijkheid, aldus MKB-Nederland en VNO-NCW. Het maakt het voor werkgevers makkelijker om een werknemer met een handicap in dienst te nemen.

Ondersteuning voor werkgevers bij uitvoering Participatiewet

Er komt een zo eenvoudig en eenduidig mogelijk basispakket van voorzieningen voor werkgevers die banen beschikbaar stellen voor mensen met een arbeidsbeperking. Staatssecretaris Klijnsma van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft hierover afspraken gemaakt met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de sociale partners. De ministerraad heeft ingestemd met het voorstel om deze harmonisatie in het aanbod voor werkgevers per 1 januari 2016 wettelijk te regelen. Gemeenten en UWV kunnen, in de geest van de wet, in 2015 alvast aan de slag.

Kamer wil bredere doelgroep quotumwet

De doelgroep van de Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten moet worden verbreed. In het voorstel gaat de wet nu alleen nog over werknemers die niet zelfstandig het wettelijk minimumloon kunnen verdienen. Maar de Tweede Kamer vreest dat daardoor andere arbeidsgehandicapten verdrongen worden. VVD en PvdA - samen een meerderheid - willen dat ook werknemers die net boven het wettelijk minimumloon zitten, maar die ondersteuning nodig hebben, ook binnen het bereik van de regeling vallen.

Spigt aangesteld als aanjager overheidssector

Hans Spigt is op voordracht van staatssecretaris Jetta Klijnsma (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) en mede namens minister Plasterk (Binnenlandse Zaken) aangesteld als aanjager voor de uitvoering van de banenafspraak overheidssector. In die functie staat Hans Spigt het Verbond Sectorwerkgevers Overheid bij en zal hij werkgevers actief benaderen voor de concrete invulling van de gemaakte afspraken.

Kennisdocument Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten

Het kennisdocument is op 14 oktober 2015 aangepast en gaat onder meer in op:
  • de afspraak uit het sociaal akkoord
  • de doelgroep
  • om welke banen het gaat
  • het monitoren van de extra geplaatste mensen met een arbeidsbeperking
  • welke banen tellen mee en welke niet
  • ondersteuning aan werkgevers
  • het verschil tussen de banenafspraak en de quotumheffing
  • de quotumheffing

Ondersteuning werkgevers eenvoudiger

Werkgevers die banen beschikbaar stellen voor mensen met een arbeidsbeperking kunnen daarbij een beroep doen op een eenduidiger en eenvoudiger pakket van ondersteunende voorzieningen. Nu maakt het in het aanbod nog een verschil of iemand uit de doelgroep van de Participatiewet afkomstig is van het UWV of via de gemeente naar een plek op de arbeidsmarkt wordt geholpen. De ministerraad heeft ingestemd met een wetsvoorstel waarin de verschillen bij het afsluiten van no-risk polissen en het aanbieden van mobiliteitsbonussen voor de doelgroep van de extra banen worden opgeheven.

Niet genoeg gehandicapte jongeren aangemeld voor garantiebanen

Het aantal gehandicapte jongeren dat voor garantiebanen is aangemeld is zo laag dat een belangrijk onderdeel van de nieuwe Participatiewet dreigt te mislukken. Om te kunnen voldoen aan de eis van 100.000 banen voor gehandicapten zouden gemeenten gehandicapte jongeren aanmelden voor het doelgroepregister. Maar in het doelgroepregister zijn nog maar heel weinig nieuwe kandidaten aangemeld, een paar honderd aldus betrokkenen.

In 2015 zouden 10.000 jongeren aangemeld moeten worden. Dat is althans waar het ministerie van Sociale Zaken vanuit gaat. Volgens betrokkenen rekende uitkeringsinstantie UWV erop dat op aanvraag van de gemeenten dit jaar 15.000 mensen beoordeeld moesten worden.

Online werkgeversmagazine over de Participatiewet

Sinds 20 april 2015 is er een nieuw online magazine over de Participatiewet voor werkgevers: Opnaarde100000.nl. Vorig jaar startten VNO-NCW, MKB-Nederland en LTO Nederland de campagne 'Op naar de 100.000'. En nu is er het online magazine Opnaarde100000.nl, waarin u informatie vindt over de Participatiewet en verhalen uit de praktijk kunt lezen.

Terugboeking Gemeentefonds naar Min. SZW

Het budget dat al aan gemeenten beschikbaar was gesteld voor de financiering van de beoordelingen wordt vanuit het Gemeentefonds weer teruggeboekt. Hiermee wordt het mogelijk om alle beoordelingen rechtstreeks via de begroting van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid te financieren. Er is structureel 18 miljoen per jaar beschikbaar.

Bedrijven realiseren 7.500 banen voor mensen met beperking

Nederlandse bedrijven hebben de afgelopen twee jaar meer dan 7.500 banen geregeld voor mensen met een beperking. Daarmee lost werkgeversvereniging AWVN namens het bedrijfsleven een twee jaar geleden aan het kabinet gedane belofte in. Directeur Harry van de Kraats van AWVN bracht het nieuws op 22 december 2015 formeel bij verantwoordelijk staatssecretaris Jetta Klijnsma van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Begroting 2016

De stimuleringsmaatregelen die daarbij door het UWV en gemeenten ingezet kunnen worden, verschillen van elkaar. Met gemeenten en sociale partners zijn in de Werkkamer afspraken gemaakt om deze maatregelen voor de gehele doelgroep van de banenafspraak zoveel mogelijk te harmoniseren. De afspraken zijn uitgewerkt in een wetsvoorstel tot Harmonisatie van Instrumenten in de Participatiewet

Akkoord vakbonden en werkgevers over doelgroep-banen

Vakbonden FNV en CNV en werkgeversvereniging AWVN gaan via het CAO-overleg het scheppen van garantiebanen voor mensen met een beperking ondersteunen. Dat is de strekking van een akkoord dat de 3 partijen in Amsterdam ondertekenden. Zij benoemen het scheppen van banen voor Wajongers en aanverwante doelgroepen tot prioriteit in het CAO-overleg van de komende jaren. Onder meer komen er extra loonschalen tussen de 100% en 120% van het minimumloon om het voor ondernemingen aantrekkelijk te maken mensen aan te nemen.

Minder bureaucratische uitwerking gewenst

De door het kabinet opgelegde regeldruk richting gemeenten om kwetsbare mensen aan een baan te helpen, werkt averechts en kost miljoenen. Een voorbeeld: volgens de wet moeten gemeenten voor iedereen met een beperking berekenen wat voor de betreffende functie zijn/haar loonwaarde is. Maar dat is niet alles, de genomen beslissingen moeten per persoon vervolgens uitgebreid worden vastgelegd en gecommuniceerd. Onderdeel van de procedure is verder het vaststellen of iemand recht heeft op de loonkostensubsidie. 

Aanpassingen Participatiewet 2016

De uitvoering van de Participatiewet wordt op onderdelen aangepast. Hierover heeft staatssecretaris Klijnsma overeenstemming bereikt met de VNG, sociale partners en UWV. Het wetsontwerp bevat de volgende voorstellen:
  • (Ex-) leerlingen die afkomstig zijn uit het voortgezet speciaal onderwijs worden zonder toetsing door UWV direct toegelaten tot de doelgroep voor de extra banen die beschikbaar komen voor mensen met een arbeidsbeperking.
  • Er komt een eenvoudigere opzet van loonwaardebepaling op de werkplek. Dit maakt het makkelijker om mensen die vanwege een beperking niet het minimumloon kunnen verdienen te plaatsen op de extra banen.
  • Werkgevers en gemeenten krijgen de mogelijkheid om voor het eerste half jaar van een dienstverband te rekenen met een vooraf bepaalde loonkostensubsidie van 50 procent van het wettelijk minimumloon voor werknemers uit de doelgroep banenafspraak. Na dat eerste half jaar wordt op de werkplek de loonwaarde bepaald en wordt de loonkostensubsidie hierop aangepast.
  • Gemeenten krijgen de ruimte om af te wijken van de vaste momenten om iemands loonwaarde opnieuw te bepalen. (Bron: Rijksoverheid, 27 nov. 2015)

No-riskpolis voor doelgroep Participatiewet

Sinds 1 januari 2015 geldt de no-riskpolis ook voor werknemers die onder de banenafspraak vallen. Dit betekent dat als de werkgever een werknemer in dienst heeft of neemt die bijvoorbeeld onder de Participatiewet valt en ziek wordt, hij voor hem een Ziektewetuitkering kan aanvragen bij UWV. De werkgever draait daardoor niet zelf op voor de kosten van loondoorbetaling bij ziekte.

De werknemers die onder de banenafspraak vallen en nu ook onder de no-riskpolis vallen, zijn:

  • mensen in de Wajong;
  • mensen met een WSW-indicatie;
  • mensen met een WIW-baan;
  • mensen met een ID-baan;
  • mensen die onder de Participatiewet vallen en die niet 100% van het wettelijk minimumloon kunnen verdienen.

Tegenprestatie bij klein aantal gemeenten niet correct geregeld

29 van de 393 gemeenten hebben het beleid rond de tegenprestatie niet in lijn met de Participatiewet vorm gegeven.

Op 1 januari 2015 is de Participatiewet in werking getreden. Een onderdeel van de wet is het regelen van een tegenprestatie. Volgens de wet heeft de tegenprestatie een verplichtend karakter en er moet geregeld zijn dat als betrokkene de tegenprestatie verwijtbaar niet uitvoert dat er maatregelen worden opgelegd. In mei van dit jaar werden er signalen afgegeven dat bij meer gemeenten de tegenprestatie niet in lijn met de wet zou zijn geregeld.

Van de 29 gemeenten hebben negen gemeenten al aangegeven, na het onderzoek van de Inspectie, dat zij de verordening zullen aanpassen. De rest geeft aan de wet anders te interpreteren of zijn niet overtuigd van nut en noodzaak.

Werkgevers nemen meer jonggehandicapten aan

Door convenanten te sluiten met grote werkgevers zijn het afgelopen jaar honderden Wajongers aan de slag geholpen. In 2014 wist het UWV 8000 Wajongers aan de slag te krijgen. Dat aantal steeg in 2015 tot 8400, ruim daarboven. In 2015 werden onder meer deals gesloten met Albert Heijn, facilitair dienstverlener Vebego en het ministerie van Defensie.

Het UWV geeft een stijgende trend aan, maar de praktijk is weerbarstig. Een grote meerderheid van de werkgevers zegt geen werk te hebben voor jongeren met een arbeidshandicap. (Bronnen: UWV en TQL)

Vereenvoudigingen Participatiewet en Wet banenafspraak

Alle extra banen die bedrijven via Wsw-detacheringen hebben ingericht voor mensen met een arbeidsbeperking tellen mee voor de banenafspraak. Dit kondigt staatssecretaris Klijnsma aan in een brief aan de Tweede Kamer. Na afspraken hierover met de sociale partners, VNG en UWV schort Klijnsma de voorwaarde rond gedetacheerd werk voorlopig op, omdat die in de praktijk negatief blijkt uit te pakken. Het besluit zorgt voor meer duidelijkheid bij werkgevers die op detacheringsbasis werk aanbieden voor mensen uit een sociale werkvoorziening. (Bron: Rijksoverheid, 29 apr. 2016)

Verdringingstoets Participatiewet 'prematuur'

Het doel van het initiatiefwetsvoorstel van de SP is om ongewenste verdringing op de arbeidsmarkt tegen te gaan. De initiatiefnemer wil mensen met een bijstandsuitkering meer kansen bieden op een betaalde baan. Ook wil zij werknemers in loondienst en zelfstandigen zonder personeel beschermen tegen oneerlijke concurrentie door onbetaalde of laagbetaalde krachten.

De Afdeling advisering van de Raad van State vindt dat de introductie van een verdringingstoets in de Participatiewet prematuur is, omdat die wet zeer recent, namelijk op 1 januari 2015, in werking is getreden. Bij die wet is uitdrukkelijk gekozen voor een regiefunctie voor gemeenten op lokaal terrein. Dit initiatiefwetsvoorstel doorkruist dat. Wetgeving behoort in ieder geval enige tijd te krijgen om adequaat geïmplementeerd te worden. Ervaring moet eerst worden opgedaan. Na evaluatie kan het beleid en de wetgeving zo nodig worden aangepast.

* Red.: Vreemde uitspraak, midden 2016 noemt de Raad van State 1 januari 2015 'zeer recent'. De SP heeft wat de verdringing betreft gelijk, het gaat om een actuele en dringende zaak die geen uitstel kan lijden.

Klijnsma wil vereenvoudiging Participatiewet

Staatssecretaris Klijnsma heeft een wijziging van de Participatiewet ingediend bij de Tweede Kamer. Het doel van de aanpassing is het verlagen van de regeldruk. Met de wet worden onder meer de regels rondom de loonkostensubsidie en de loonwaardemeting gewijzigd.

In de gewijzigde wet krijgen gemeenten de mogelijkheid om werkgevers een vaste loonkostensubsidie van 50 procent van het wettelijk minimumloon te verstrekken in de eerste zes maanden van het dienstverband. Een andere maatregel waarin de wetswijziging voorziet is een flexibele frequentie van de loonwaardemeting door de gemeente. De meting hoeft niet meer jaarlijks of driejaarlijks uitgevoerd te worden. Tenslotte regelt de wetswijziging dat gemeenten ook loonkostensubsidie kunnen inzetten voor schoolverlaters, bijvoorbeeld uit voortgezet onderwijs of het mbo, die al aan het werk zijn. (Bron: P&O Actueel, 8 juli 2016)

Wettelijke verplichting beschut werk en vereenvoudiging Wet banenafspraak

Gemeenten worden volgend jaar verplicht om mensen die niet in een gewone werkomgeving kunnen werken beschut werk aan te bieden. In de Wet zit ook de mogelijkheid dat mensen bij wie op de werkplek wordt vastgesteld dat zij niet het wettelijk minimumloon kunnen verdienen, worden opgenomen in het doelgroepregister, via de zogenaamde Praktijkroute. Naar verwachting vormen de resultaten van het lopende onderzoek naar de Praktijkroute een onderbouwing van deze keuze zodat beide maatregelen gelijktijdig op de beoogde datum van 1 januari 2017 in werking kunnen treden.

De ministerraad stemde in met het wetsvoorstel van staatssecretaris Klijnsma van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Het voorstel ligt voor advies voor bij de Raad van State. (Bron: Rijksoverheid, 12 sep. 2016)

Kritiek Raad van State op wetsontwerp Verplichting beschut werk

Ondanks een negatief advies van de Raad van State heeft staatssecretaris Klijnsma het wetsvoorstel voor beschut werk naar de Tweede Kamer gestuurd. De Raad is niet overtuigd van de noodzaak om eenzijdig in te grijpen in de gemeentelijke praktijk en daarmee inbreuk te maken op de uitgangspunten van de decentralisaties in het sociale domein. Volgens de Raad moet Klijnsma eerst kijken of de problemen die zich voordoen binnen de kaders van de huidige wet opgelost kunnen worden, in plaats van meteen met een nieuwe wet te komen.

Door met een wet te komen, gaat Klijnsma voorbij aan de knelpunten en bezwaren die gemeenten hebben. Bijvoorbeeld over het idee dat mensen die beschut werken een arbeidscontract moeten krijgen. (Bron: Raad van State, okt. 2016)

Verdringingstoets Participatiewet aangenomen

Gemeenten moeten als zij een tegenprestatie vragen aan mensen in de bijstand voortaan eerst toetsen of dat niet leidt tot verdringing van bestaande banen. De invoering van een verdringingstoets in de Participatiewet, kan mogelijk op een meerderheid rekenen in de Tweede Kamer.

Bijna alle partijen menen dat verdringing niet de bedoeling is, maar niet alle fracties vinden dat daar een wet voor nodig is. De tegenprestatie in de bijstand mag op basis van de Participatiewet nu al niet leiden tot verdringing. Daarom zijn VVD, CDA en SGP kritisch op het voorstel. Daarnaast is de Participatiewet nog maar twee jaar oud. Tegenstanders in de Kamer steunen de kritiek van de Raad van State dat een dergelijke ingreep daarom nu te prematuur is. (Bron: Cedris, 26 jan. 2017)

Op 21 februari 2017 is in de Tweede Kamer gestemd over het opnemen van de verdringingstoets in de participatiewet. Het wetsvoorstel is aangenomen. De FNV steunde het wetsvoorstel en is dan ook verheugd.

Dag van de Duizend Voorbeelden

Inspirerende voorbeelden van werkgevers met personeel met een arbeidsbeperking verdienen extra aandacht. Daarom worden 1000 ondernemers die de Banenafspraak omarmen in het zonnetje. En wel op de Dag van de Duizend Voorbeelden, 14 februari 2017. Zie Twitter #1000 voorbeelden. Lees meer

(Bron: Op naar de 1000.000.nl)

Redactie: De Dag van de 1000voorbeelden vindt jaarlijks op een andere dag (of week) plaats, meestal is De dag van ... op een vaste dag in een jaar. In Nederland zijn er jaarlijks honderden 'de dag van ....' evenementen: de dag van IJsbeer, Luchtrecht, Potlood, Denkdag et cetera. Op de Fijnedagvankalender kunt u zien of op uw verjaardag behalve uw feestje ook iets anders te vieren is.

Experimenten met de Participatiewet

Op 1 maart 2017 zijn het Tijdelijk besluit experimenten Participatiewet en de Tijdelijke regeling experimenten Participatiewet gepubliceerd. Deze treden op 1 april 2017 in werking. Met het besluit maakt de regering het voor gemeenten mogelijk om te onderzoeken wat het beste werkt om mensen naar werk toe te leiden.

In de regeling staat hoe gemeenten een verzoek kunnen indienen om te mogen experimenteren en hoe de toewijzing daarvan verloopt. Dit betekent dat de experimenten met de Participatiewet na een intensief voorbereidingsproces met gemeenten bijna van start kunnen.

Gemeenten kunnen een schriftelijk verzoek indienen bij de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid om aangewezen te worden om te mogen experimenteren. De initiatiefgemeenten (Groningen, Tilburg, Utrecht en Wageningen) krijgen de gelegenheid om vanaf 1 april 2017 een verzoek in te dienen. Andere gemeenten kunnen vanaf 1 mei 2017 een verzoek indienen bij de minister. (Bron: Rijksoverheid, 6 mrt. 2017)

Rekenkamer bevestigt zere plekken banenafspraak

In zijn rapportage in het kader van Verantwoordingsdag stelt de Rekenkamer onder meer dat 'de regionale samenwerking tussen gemeenten en UWV moeizaam verloopt en dat de aanpak in de 35 arbeidsmarktregio's onvoldoende eenduidig is, waardoor werkgevers het spoor bijster dreigen te raken'. Ook lopen gemeenten volgens de Rekenkamer achter met het vullen van de database met beschikbare kandidaten, wat de kans op een match tussen werkgever en werkzoekende verkleint. (Bron: AWVN, 19 mei 2017)

Bezwaren bij sociale dienst fors gedaald

Het aantal bezwaarschriften tegen de Participatiewet1 is sinds de invoering van die wet flink gedaald in de vier grootste gemeenten. In Amsterdam daalde het aantal tussen 2015 en 2017 met een derde naar 4.198 schriftelijke bezwaren. Een soortgelijke daling werd geconstateerd in Den Haag. In Utrecht halveerde het aantal bezwaarschriften bijna.

Voorlopige cijfers van de gemeente Rotterdam laten zien dat het aantal bezwaarschriften bescheiden afnam. Daar ligt het aantal bezwaarschriften vooralsnog het hoogst; voor zover nu bekend deden afgelopen jaar 7.242 Rotterdammers hun beklag.

Den Haag en Utrecht laten weten dat medewerkers van de sociale dienst worden getraind om samen met cliënten naar de best mogelijke oplossing te zoeken. Daarnaast maakt Utrecht werk van preventie. Zo wordt er meer moeite gestoken in voorlichting om fouten te voorkomen. Amsterdam wijst ook op meer mondeling contact met cliënten, en daarnaast op het stroomlijnen van aanvraagprocedures. Rotterdam laat weten dat de toegenomen bekendheid van de rechten en plichten binnen haar bijstandsbeleid mogelijk reden is van de afname van de bezwaarschriften. (Bron: Binnenlandsbestuur, 27 feb. 2018)

1 Op 1 januari 2015 is de Participatiewet (PW) in werking getreden. Voorheen werd deze wet de Wet werk en bijstand (Wwb) genoemd en daarvoor de Algemene bijstandswet (Abw).

Mensen met arbeidsbeperking eenvoudiger aan werk helpen

Meer dan de helft van de mensen met een arbeidsbeperking heeft geen werk, terwijl het overgrote deel van hen wel wíl werken. Ook zij willen eigen geld verdienen, erbij horen en zijn waardevol op de werkvloer. Staatssecretaris Van Ark stuurt 27 maart 2018 een notitie naar de Tweede Kamer waarin zij een uitwerking presenteert van haar voorstel voor invoering van loondispensatie in de Participatiewet. Daarmee wil de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid eraan bijdragen dat op termijn ruim 200.000 mensen met een beperking aan het werk gaan.

Nu zijn er meerdere regels voor werkgevers als er mensen bij hen komen werken die door een arbeidsbeperking niet het minimumloon kunnen verdienen. Nemen ze iemand met een Wajonguitkering in dienst, dan betalen ze alleen loon voor het deel dat iemand kan produceren (loondispensatie). Gaat iemand nu vanuit de bijstand werken, dan betaalt de werkgever een volledig loon voor de gewerkte uren en krijgt hij subsidie van de gemeente (loonkostensubsidie). Wie in deeltijd werkt, krijgt dan vaak nog een aanvulling vanuit de uitkering.

Dat verschil in regels verdwijnt voor werkgevers. Het kabinet wil het voor ondernemers eenvoudiger maken, zodat meer werkgevers mensen met een beperking in dienst nemen en houden. Door bij nieuwe contracten de werkgevers alleen te laten betalen voor wat iemand kan produceren. Zodat het niet uitmaakt welke achtergrond de werknemer met een arbeidsbeperking heeft (Wajong of Participatiewet): het instrument dat kan worden ingezet is hetzelfde. Deze manier van werken kost de overheid minder dan de regeling die er nu is.

De nieuwe regeling heeft naast plussen ook minnen. Immers, aanvullend pensioen en WW worden opgebouwd over loon, niet over de uitkering. Doordat de werknemer een lager loon ontvangt, bouwt hij minder aanvullend pensioen en WW op dan bij de regels die nu gelden. Elke regeling heeft voor- en nadelen. Wat voor het kabinet het zwaarst weegt, is dat meer mensen de kans krijgen om aan het werk te komen. Daar moet de nieuwe regeling aan bijdragen. (Bron: Min. SZW, 27 mrt. 2018)

Bijval en kritiek op doorzetten plannen loondispensatie

De Tweede Kamer heeft de Hoofdlijnennotitie ontvangen. Dit is de aanloop naar een wetswijziging waarmee de beloning van arbeidsgehandicapten fors gaat veranderen. Geen loonsubsidie meer, maar een aanvullende uitkering. “Zo komen er meer banen” stelt staatssecretaris Van Ark.

Het wordt voor aantrekkelijker om mensen met een handicap in dienst te nemen, stelt VNO-NCW. Voor werkgevers geeft het minder bureaucratie en administratieve rompslomp. Werkgevers mogen mensen met een handicap onder het minimumloon gaan betalen. Gemeenten vullen voor de meesten het salaris aan tot het minimumloon. Gehandicapte werknemers moeten bij de gemeente een aanvulling tot het minimumloon aanvragen.

Tegenstanders vinden dat deze groep op deze manier ‘geen echt loon’ krijgt. Zij verliezen hun recht op pensioen en bouwen minder aanspraak op voor de werkloosheidsuitkering en de arbeidsongeschiktheidsuitkering. Wie vermogen heeft of een werkende partner krijgt geen aanvullende uitkering en ontvangt slechts loon over het deel dat hij productief is, óók als dat onder het wettelijk minimumloon zakt. (Bron: Cedris, 29 mrt. 2018)

Doel Participatiewet niet bereikt

Wat schreef de PvdA

Mensen met een beperking doen volwaardig mee. Vaak gaat dat vanzelf, maar soms moeten mensen een handje geholpen worden. Zeker mensen met een handicap of een andere beperking. De Participatiewet vergroot de kans op werk voor deze mensen. Mensen die net als iedereen met en door hun werk vooruit willen komen in hun leven, maar daar net even wat meer hulp bij nodig hebben (mensen in de sociale werkvoorzieningen, Wajongeren en bijstandsgerechtigden).

Wat schrijft het CPB

De kans op een baan voor gedeeltelijk arbeidsongeschikten is sinds de invoering van de Participatiewet in 2015 ‘sterk verminderd’. Dat concludeert het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) (5 september 2018) na een eerste evaluatie van de wet. Daarmee is het doel van de Participatiewet de eerste jaren na de invoering ‘niet gerealiseerd’.

'Niet alleen de kans om aan werk te komen is duidelijk geringer geworden, maar ook de kans om dit werk vervolgens te behouden', aldus het SCP.

Overheid laat steken vallen bij uitvoering Participatiewet

Hoewel gemeenten intussen meer mensen met een arbeidsbeperking naar werk begeleiden dan voor de decentralisatie, blijven zij in de realisatie van de Participatiewet nog sterk achter bij de verwachte aantallen bij de invoering van de wet. Zo slaagt maar liefst driekwart van alle gemeenten er niet in de taakstelling nieuw beschut werk te realiseren. Tevens ligt het totaal aantal verstrekte loonkostensubsidies rond de helft van het vooraf verwachte aantal.

Ondertussen neemt de complexiteit van de doelgroep toe: nieuwe instromers – grotendeels jonge arbeidsgehandicapten – hebben over het algemeen een grotere afstand tot de arbeidsmarkt. (Bron: Berenschot, 21 nov. 2018)

Wijziging Participatiewet en Ziektewet

Het kabinet heeft 30 april 2019 een breed offensief gelanceerd om mensen met een beperking aan het werk te helpen. Het is daarom wenselijk wijzigingen aan te brengen in de Participatiewet en Ziektewet, zoals het vereenvoudigen en verbeteren van het instrument loonkostensubsidie en van passende ondersteuning aan belanghebbenden. Ook wordt bevorderd dat werken loont voor mensen die in deeltijd met behulp van loonkostensubsidie werken.

De doelgroep van het wetsvoorstel bestaat uit mensen met een beperking die ondersteuning van gemeenten nodig hebben om aan het werk te komen en te blijven. Verder worden in het wetsvoorstel voorstellen gedaan die beogen de inzet van het instrumentarium voor werkgevers te verbeteren en vereenvoudigen.

Het beoogde effect van het wetsvoorstel is om de kansen op werk voor mensen met een beperking te verbeteren; circa de helft van hen staat nu nog aan de kant. Daarnaast wordt beoogd dat meer werkgevers mensen met een arbeidsbeperking in dienst nemen.

Extra regels en verplichtingen schaden doel Participatiewet

Meer regels en verplichtingen belemmeren gemeenten om het doel van de Participatiewet te verwezenlijken. Met name de hulp aan werkzoekenden zonder arbeidsbeperking komt hierdoor in de verdrukking. Divosa (12 september 2019) doet daarom een klemmend beroep op kabinet en Kamer om terughoudend te zijn met nieuwe en aangescherpte voorschriften en om in 2020 een voortvarend begin te maken met reparatie van het participatiebudget.

Weinig werkgevers nemen arbeidsbeperkten in dienst

70% van werkgevers voelt zich verantwoordelijk voor mensen met een arbeidsbeperking. Toch nam maar 11% van de werkgevers namen afgelopen twee jaar iemand uit deze doelgroep aan. Dit blijkt uit onderzoek ‘Arbeidsmarkt in kaart’ van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP). Het SCP concludeert dat veel werkgevers geen mensen met een arbeidsbeperking aannemen omdat er geen geschikte functies beschikbaar zijn. Daarnaast blijkt dat nog veel werkgevers niet precies weten wat voor mogelijkheden er zijn qua regelingen, zoals de no-risk regeling bij ziekte en arbeidsongeschiktheid.

Divosa vindt het opvallend dat zo weinig werkgevers in de markt- en publieke sector mensen met een arbeidsbeperking in dienst nemen. Zeker nu het economisch tij meezit en werkgevers zitten te springen om werknemers, liggen er kansen om de arbeidsmarkt inclusiever te maken.
Divosa neemt actief deel aan het Breed offensief en Simpel switchen, twee projecten van het kabinet om mensen met een beperking betere kansen op werk te bieden. Daarnaast adviseert Divosa op 30 augustus 2019 de Tweede Kamer over verbeteringen in wet- en regelgeving.

Jonggehandicapten onder de Participatiewet

De 18-jarige jonggehandicapten onder de Participatiewet zijn vaker aan het werk dan de 18-jarige jonggehandicapten in de Wajong. In het derde jaar na instroom werkt van de eerste groep 38 procent tegenover 29 procent van de Wajongers. De groei in banen voor jonggehandicapten onder de Participatiewet zit met name in deeltijdbanen en contracten voor bepaalde tijd. Minder dan een vijfde van de nieuwe doelgroep doet een beroep op de bijstand. Dit komt voornamelijk doordat een aanzienlijk deel nog onderwijs volgt en daarom (nog) niet in aanmerking komt voor een reguliere bijstandsuitkering.

De 18-jarige Wajonginstroom in 2014 heeft gemiddeld een hoger totaal bruto persoonlijk inkomen dan de 18-jarige jonggehandicapten. Jonggehandicapten onder de Participatiewet zijn weliswaar vaker aan het werk, maar dit compenseert niet het feit dat zij minder vaak een uitkering ontvangen. Ook jongeren die werken hebben onder de Participatiewet een lager inkomen dan onder de Wajong. Een van de oorzaken hiervan is dat onder de Wajong een deel van het inkomen uit arbeid niet wordt verrekend met de uitkering. Het overgrote deel van de geïnterviewde jongeren geeft aan te werken omdat zij niet thuis willen zitten en omdat zij zich nuttig willen voelen. Toch zeggen veel jongeren in tweede instantie dat ze “natuurlijk ook geld willen verdienen”. Jongeren die een bijstandsuitkering ontvangen, lijken vaker dan jongeren met een Wajong-uitkering een financiële prikkel te ervaren om te werken. (Bron: SEO, Publicatienr. 2019-80)

Evaluatie vier jaar Participatiewet

Per 1 januari 2015 is de Participatiewet van kracht. In de afgelopen jaren is veel veranderd voor gemeenten en sociale werkvoorzieningsbedrijven, BDO heeft hierover een rapport geschreven "Nieuwe perspectieven voor gemeenten en leerwerkbedrijven", november 2019.

Het rapport geeft een beschrijving van een aantal voorbeelden in het land waarbij er veranderingen zijn opgetreden bij sociale werkvoorzieningsbedrijven. Belangrijk: "Het denken over de (voormalige) sociale werkvoorzieningsbedrijven is gewijzigd. Waar eerst werd gesproken over ‘sterfhuisconstructies’ is dit veranderd in het onderkennen van de toegevoegde waarde van de kennis en ervaring op het gebied van het ondersteunen van arbeidsgehandicapte" en "Ook de recente brief van 5 juli 2019 van staatssecretaris Van Ark aan de Tweede Kamer laat dat zien. Daarin wordt gesproken over de cruciale rol die is weggelegd voor de sociale ontwikkelbedrijven, zoals de sociale werkbedrijven veelal worden genoemd."

Nogmaals evaluatie Participatiewet (eind 2019)

Het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) signaleert dat veel werkgevers graag aan de gang willen met het aan werk helpen van bijvoorbeeld medewerkers met een arbeidsbeperking, maar dat het maken van de juiste match een veel te intensief en moeilijk traject is waardoor veel werkgevers alsnog afhaken. ‘Het is eigenlijk een wonder dat we al zo ver op streek zijn met het bereiken van het doel van 100.000 banen voor mensen met een beperking’. De huidige wetgeving is te ingewikkeld en instanties werken teveel langs elkaar heen met vaak ieder een verschillende aanpak.

Staatssecretaris Van Ark van SZW is bezig de problemen aan te pakken met bijvoorbeeld de nieuwe werkgeversservicepunten*. Met het zogeheten Breed offensief werkt ze er ook aan om zaken eenvoudiger te maken, te zorgen dat kandidaten beter in beeld komen en door werkgevers te ontzorgen. Wel duren deze stappen veel te lang voor werkgevers en mensen die eigenlijk helemaal niet thuis willen zitten. Hier is echt een versnelling nodig en hopelijk helpt deze evaluatie van het SCP het ministerie van SZW daarbij.’

* Een werkgeversservicepunt (WSP) is een samenwerking van gemeenten, UWV, onderwijsinstellingen, kenniscentra en andere partijen. Bij een werkgeversservicepunt krijgt de ondernemer andere informatie en ondersteuning als hij iemand aan wilt nemen die moeilijker aan het werk komt.

Wetsvoorstel verbetering ondersteuning mensen in de bijstand

Op 11 december 2019 startte de internetconsultatie van het wetsvoorstel verbetering ondersteuning van mensen in de bijstand (een wijziging van de Participatiewet). De internetconsultatie loopt tot en met 22 januari 2020. Iedereen kan reageren op het wetsvoorstel.

In haar brief aan de Tweede Kamer van 20 november jl. kondigde staatssecretaris Tamara van Ark van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan dat gemeenten alle bijstandsgerechtigden een passend, niet vrijblijvend, aanbod doen. Dit wordt verankerd in de wet. Het aanbod kan bestaan uit onder meer een baan, een leer-werk- en re-integratietraject, een stage, vrijwilligerswerk of bijvoorbeeld een taalcursus. Het is belangrijk dat mensen in de bijstand meer perspectief krijgen om weer mee te doen. Langdurige afhankelijkheid van de bijstand kan leiden tot sociaal isolement en vergroot de kans op armoede en schulden. Waar het om gaat is dat we mensen niet afschrijven, maar helpen.

Wetsvoorstel Breed Offensief

De helft van de mensen met een beperking heeft werk. De andere helft niet. De meesten van hen willen wel graag werken. Logisch want werk is meer dan alleen geld verdienen. Het betekent ook vooral nieuwe dingen leren, mensen ontmoeten en met verhalen thuis komen. De staatssecretaris wil mensen met een beperking met een reeks van nieuwe maatregelen verder helpen. Zij stuurt op 14 februari 2020 haar wetsvoorstel Breed Offensief aan de Tweede Kamer. De beoogde inwerkingtreding van het wetsvoorstel is 1 januari 2021.

Het wordt eenvoudiger en aantrekkelijker voor werkgevers om mensen in dienst te nemen en te houden. Gemeenten gaan meer op dezelfde manier werken en het proces rond ziekmelding wordt simpeler. Ook komen er extra waarborgen voor passende ondersteuning, kunnen jonggehandicapten onder de 27 jaar meteen een uitkering aanvragen tijdens hun zoektocht naar werk en hoeven ze daarmee niet langer eerst vier weken te wachten.

Mensen die in deeltijd met loonkostensubsidie werken en nog een aanvullende uitkering nodig hebben, mogen straks 15% van hun verdiende salaris houden bovenop hun uitkering, met een maximum van € 136,26 per maand. Ook voor deze mensen moet werken daadwerkelijk gaan lonen.

Uitzondering tweedegraads bloedverwanten in Participatiewet blijft bestaan

De Eerste Kamer heeft gistermiddag tegen het wijzigen van de kostendelersnorm gestemd. De aanscherping van de Participatiewet die hiervoor nodig was, gaat niet door. In de Participatiewet zijn bloedverwanten in de tweede graad, zoals broer en zus of grootouder en kleinkind, bij een beroep op bijstand uitgezonderd van de kostendelernorm als ze een gezamenlijke huishouding voeren en er bij één van hen sprake is van een indicatie langdurige zorg. De regering wilde deze uitzondering opheffen maar dat heeft de Eerste Kamer nu tegengehouden. (Bron: NVG, 3 jun. 2020)

Ga terug naar subrubriek Participatiewet.