Belastingplan 2021

Datum laatste wijziging: 19 december 2020  |  Trefwoorden: , ,

Inhoud


Verandering in alfabetische volgorde

Vooraf wordt opgemerkt dat vele van de onderstaande veranderingen nog de goedkeuring van het parlement moeten hebben.

Te veranderen personele onderwerpen in alfabetische volgorde:

Belasting particulieren

  • De inkomstenbelasting word verlaagd. Het basistarief daalt van 37,35% naar 37,10%. Dit tarief wordt ieder jaar verlaagd, tot in 2024 het tarief van 37,03% is bereikt. Reden van de verlaging is om arme mensen met schulden tegemoet te komen.
  • Voor AOW-ers gaat het basistarief in de eerste schijf van 19,45% naar 19,20%. Het tarief in de tweede schijf gaat van 37,35% naar 37,10%.
  • De inkomensafhankelijke combinatiekorting wordt in 2021 verlaagd, om deze vervolgens in 2022 weer te verhogen.
  • De verhoging van de arbeidskorting in 2022, wordt naar voren gehaald. Dit zorgt er voor dat werken meer gaat lonen. In 2021 wordt de arbeidskorting verhoogd met € 179 bij een belastbaar inkomen van ongeveer € 10.000, € 184 bij een belastbaar inkomen van ongeveer € 22.000 en € 324 hoger bij een belastbaar inkomen van ongeveer € 35.500.
  • De algemene heffingskorting wordt extra verhoogd met € 22 bovenop de € 60 die al gepland was.

Bestuurders

  • Het kabinet wil in 2021 meer inzetten op de integriteit van bestuurders. Hiervoor zijn verschillende wetsvoorstellen in de maak. Zo wordt een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) verplicht voor bestuurders. De inrichting van het Adviescollege rechtspositie politieke ambtsdragers krijgt in 2021 prioriteit.

Bovenmatig getroffenen door coronavirus

  • Met een aanvullend sociaal pakket van 1,4 miljard euro helpt het kabinet mensen en bedrijven om zich aan te passen aan de nieuwe situatie. Specifiek is er aandacht voor de mensen die bovenmatig worden getroffen door de veranderingen, zoals flexwerkers, jongeren en mensen met een arbeidsbeperking.

Box 3

  • De vrijstelling in box 3 wordt verhoogd van € 30.846 tot € 50.000.
  • Voor partners wordt het heffingsvrije vermogen per 1 januari 2021 € 100.000.
  • De schijfgrenzen die horen bij het berekenen van het forfaitair rendement uit sparen en beleggen worden opnieuw vastgesteld, de tweede schijf begint bij een box 3-vermogen van € 100.000 en de derde schijf bij een vermogen van € 1.000.000. Het tarief in box 3 wordt verhoogd van 30% naar 31%.

Coronavirus

  • Er komt een winstvrijstelling voor de Tegemoetkoming Ondernemers getroffen Sectoren COVID-19 (TOGS) en de Regeling Subsidie vaste lasten MKB COVID-19 (COVID-19).
  • Zorgmedewerkers die betrokken zijn bij de coronacrisis krijgen een bonus van 500 euro. In 2020 is een bonus beloofd van 1.000 euro die nog moet worden uitbetaald.
  • Voor coronatesten trekt het kabinet in 2021 350 miljoen euro uit, in 2020 was dat nog 650 miljoen.
  • In het voorjaar van 2020 is de subsidieregeling Tijdelijke noodmaatregel overbrugging voor werkbehoud (NOW) ingevoerd. Werkgevers die te maken hebben met omzetverlies als gevolg van corona, kunnen hierdoor hun werknemers in dienst houden. De regeling is in juni 2020 verlengd met vier maanden. De daarop volgende derde verlenging kent een looptijd van 9 maanden tot 1 juli 2021. Deze derde tranche kent een aflopende tegemoetkoming van de loonsom en biedt ruimte de loonsom te laten dalen zonder dat dit ten koste gaat van de subsidie. De eerste drie maanden wordt 80% uitgekeerd waarna iedere 3 maanden het uitkeringspercentage met 10 procentpunt afneemt. Tevens geldt dat vanaf 1 januari 2021 het omzetverlies tenminste 30 procent moet zijn.

Defensie

  • Defensie wil met verschillende maatregelen in 2021 de sociale veiligheid binnen de organisatie versterken. Zo komt er een (tijdelijk) meld- en registratiesysteem waar medewerkers terecht kunnen met vermoedens van een misstand, klacht of integriteitsschending.

DGA's

  • Het wetsvoorstel inzake excessief lenen ligt sinds 17 juni 2020 bij de tweede kamer. Vanaf 2023 worden DGA's (AB houders) beperkt in het geld lenen van hun BV (tot maximaal € 500.000), met uitzondering van bestaande eigenwoning schulden.

Elektrische auto

  • In 2021 gaat de bijtelling voor een elektrische auto naar 14 procent over de eerste 40.000 euro cataloguswaarde. Als de auto duurder is, geldt over het meerdere het normale bijtellingspercentage van 22 procent.
  • Vanaf 2022 gaat de bijtelling naar 18 procent over de eerste 40.000 euro.
  • Vanaf 2023 is er geen verschil meer tussen de bijtelling voor elektrische auto’s en auto’s die fossiele brandstof moeten tanken.

Huurverlaging

  • De huur moet worden verlaagd voor mensen met een laag inkomen in een dure corporatiewoning. In de praktijk betekent dit dat huurders met een laag inkomen en een hoge huur in 2021 huurverlaging kunnen aanvragen. Dit is niet verplicht voor woningcorporaties, maar het kabinet werkt aan een wetsvoorstel om dit verplicht te stellen.

Inburgering

  • Op 1 juli 2021 wordt de nieuwe Inburgeringswet van kracht. Gemeenten worden verantwoordelijk voor taalcursussen en het vinden van werk voor nieuwkomers.

Kindgebonden budget

  • Naast de kinderbijslag krijgen ouders een hoger kindgebonden budget, voor het eerste kind wordt het met 1.204 euro 19 euro per jaar meer, voor het tweede 17 euro meer, voor het derde kind en volgende kinderen 622 euro meer.
  • Als het inkomen van een alleenstaande ouder hoger is dan 21 duizend euro, wordt de toeslag geleidelijk lager, voor iedere 100 euro meer inkomen daalt het budget met 6,74 euro. Voor paren van wie het inkomen hoger is dan 38 duizend euro, geldt hetzelfde.

Levensloopregeling

  • Per 1 januari 2012 vervalt de fiscale levensloopregeling. Er geldt overgangsrecht voor werknemers die op 31 december 2011 een levensloopaanspraak hadden, waarvan de waarde in het economische verkeer op die datum € 3.000 of meer bedroeg. Dit overgangsrecht eindigt met ingang van 1 januari 2022.
  • Voorgesteld wordt om dat overgangsrecht op enkele punten te wijzigen.
    • Ten eerste om de relevante datum circa twee maanden naar voren te halen door deze op 1 november 2021 te stellen.
    • Daarnaast wordt voorgesteld te regelen dat in dit kader de instelling die de regeling uitvoert, optreedt als inhoudingsplichtige.
    • Ten slotte wordt voorgesteld te regelen dat de standaardloonheffingskorting niet wordt toegepast en dat geen inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet is verschuldigd.
    • Eveneens is voorgesteld dat na 31 oktober 2021 geen fiscale faciliteiten meer gelden voor (nieuwe) inleg in een levensloopregeling.

Onderwijs

  • Het lerarentekort in het primair en voortgezet onderwijs verder aangepakt via verschillende regelingen. Zo zijn er subsidies voor een regionale aanpak, voor zij-instromers en voor opleidingskosten.
  • Per 2021 lopen de sectorakkoorden uit 2014 in het primair en voortgezet onderwijs af. Min. OCW gaat samen met de sectorraden nieuwe ambities voor het funderende onderwijs formuleren en bekijken hoe die in de wet kunnen worden vastgelegd.

Pensioen

  • Ten overvloede, de AOW-leeftijd blijft in 2021 66 jaar en 4 maanden. Daarna stijgt de AOW-leeftijd jaarlijks, tot aan 67 jaar in 2024.
  • Het streven van het kabinet om te komen tot een uitgewerkt pensioenakkoord is op korte termijn niet mogelijk. Nog even geduld s.v.p.
  • Werknemers met een zwaar beroep kunnen vanaf 1 januari 2021 weer met vroegpensioen. Zij kunnen drie jaar voor hun AOW-leeftijd een uitkering van hun werkgever krijgen ter hoogte van de AOW.

Scholing

  • De gerichte vrijstelling voor scholing gaat ook gelden bij vergoedingen en verstrekkingen ten behoeve van scholing die voortvloeien uit vroegere arbeid.
  • Het kabinet blijft inzetten op Leven Lang Ontwikkelen. Door te blijven ontwikkelen in werk en zo nodig bij- of om- te scholen blijven vaardigheden up-to-date en kan werkloosheid worden voorkomen. Naast de scholingsmaatregelen uit het corona steun- en herstelpakket, werkt het kabinet door aan de invoering van de STAP-regeling (Stimulans Arbeidsmarktpositie). Deze regeling vervangt de huidige fiscale aftrek voor scholing.
  • Er wordt structureel 450 miljoen euro vrijgemaakt om scholen en universiteiten te compenseren voor hogere aantallen leerlingen en studenten.
  • Ook is er in 2021 weer circa €50 miljoen beschikbaar vanuit de SLIM-regeling, waarmee werkgevers in het MKB, maar ook grotere werkgevers in de sectoren horeca, de landbouw en de recreatie, worden gestimuleerd om te investeren in de ontwikkeling van werkenden.

Schulden

  • Vanaf 2021 wordt de Wet beslagvrije voet van kracht, schuldenaren houden maandelijks een minimaal inkomen over.
  • De Wet gemeentelijke schuldhulpverlening wordt ingevoerd. Gemeenten kunnen eerder zien of burgers in financiële problemen raken en zo mogelijk hulp bieden.

Sparen

  • Spaarders en kleine beleggers met een vermogen tot € 50.000 (of € 100.000 met fiscaal partner) betalen vanaf 2021 geen belasting meer over dat vermogen. 

Starters

  • De vrijstelling overdrachtsbelasting voor starters gaat van 2% naar 0%.

Transitievergoeding

  • Per 2021 hebben kleine werkgevers die hun onderneming stoppen vanwege pensionering of ziekte, onder voorwaarden, recht op compensatie van de transitievergoeding. Ook als de werkgever komt te overlijden en dit leidt tot bedrijfsbeëindiging kan de betaalde transitievergoeding voor compensatie in aanmerking komen.
  • Sinds 1 april 2020 worden werkgevers gecompenseerd voor de transitievergoeding die zij moeten betalen bij ontslag van een twee jaar zieke werknemer. De regeling wordt met terugwerkende kracht ingevoerd. Voor 1 oktober 2020 dienen aanvragen voor compensatie van vergoedingen betaald tussen 1 juli 2015 en 31 maart 2020 te zijn ingediend. De compensatie is afhankelijk van de hoogte van de betaalde transitievergoeding.

Vakantiedagen

  • Het opsparen van vakantiedagen en compensatiedagen voor overwerk of werk op onregelmatige uren, wordt weer aantrekkelijk gemaakt.

Waarde-overdracht kleine pensioenen

  • Op verzoek van de Stichting van de Arbeid (werkgevers en vakbonden) zal het recht op waardeoverdracht van kleine pensioenen worden uitgebreid. Door de uitbreiding, mogen pensioenuitvoerders alle kleine pensioenen overdragen, of ze nou zijn ontstaan door baanwisseling of niet. Hiervoor komt wetgeving die op 1 januari 2022 in werking moet treden.

Wajong

  • De Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) bestaat met ingang van 2021 uit twee groepen jonggehandicapten: Wajongers met mogelijkheden tot arbeidsparticipatie en Wajongers die duurzaam geen mogelijkheden tot arbeidsparticipatie hebben.
  • De groep met mogelijkheden tot arbeidsparticipatie bestaat uit jonggehandicapten die zijn ingestroomd vanuit de oude Wajong (tot 2010) en de Wajong 2010 (2010 tot 2015). Voor deze groep staat arbeidsparticipatie centraal. Daarnaast zet de overheid in op inkomensondersteuning, waarbij (meer) gaan werken moet lonen.
  • De Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) bestaat met ingang van 2021 uit twee groepen jonggehandicapten: Wajongers met mogelijkheden tot arbeidsparticipatie en Wajongers die duurzaam geen mogelijkheden tot arbeidsparticipatie hebben.
  • De groep met mogelijkheden tot arbeidsparticipatie bestaat uit jonggehandicapten die zijn ingestroomd vanuit de oude Wajong (tot 2010) en de Wajong 2010 (2010 tot 2015). Voor deze groep staat arbeidsparticipatie centraal. Daarnaast zet de overheid in op inkomensondersteuning, waarbij (meer) gaan werken moet lonen.

Werkkostenregeling

  • In het jaar 2020 wordt uitgegaan van een vrije ruimte die voor de eerste € 400.000 van de fiscale loonsom 3% van dat deel van de fiscale loonsom bedraagt.
  • Het percentage van 1,2% dat geldt voor het restant van de fiscale loonsom wordt verlaagd naar 1,18%.

WOZ

  • Naar verwachting stijgen de gemeentelijke WOZ-waarden in 2021 met 6 tot 8 procent. NB: (WOZ is de afkorting van Waardering onroerende zaken)

Zelfstandigenaftrek

  • De Zelfstandigenaftrek wordt (sneller) afgebouwd. Vanaf 2021 wordt deze verlaagd met € 360 per jaar (in plaats van € 250).
  • Zelfstandigen worden gecompenseerd via een verhoging van de arbeidskorting en een verlaging van het tarief in de eerste schijf van de inkomstenbelasting. Dit creëert een gelijker speelveld tussen mensen die voor zichzelf, en voor een werkgever werken.

Zorg

Er komt geen structurele salarisverhoging voor de zorgsector, maar zorgprofessionals krijgen in 2021 wel een extra bonus van € 500. Verder komt het kabinet met een breed pakket aan maatregelen om werken in de zorg aantrekkelijker te maken en knelpunten weg te nemen.

Zorgverzekering

  • In verband met de hoge kosten die ziekenhuizen hebben moeten maken door de Coronacrisis werd een fikse verhoging verwacht. Het kabinet gaat er vanuit dat de kosten per premiebetaler met circa 60 euro per jaar gaan stijgen, dit geldt ook voor mensen met de laagste inkomens.
  • In 2021 komt er een vergoeding vanuit de zorgverzekering voor dagbehandeling in groepsverband bij niet-aangeboren hersenletsel.
  • Slachtoffers van seksueel geweld, die zich binnen 7 dagen bij het CSG (College Geneeskundige Specialismen) melden, hoeven hiervoor geen eigen risico te betalen.
  • Het eigen risico blijft € 385.

NB: Een overzicht van de ''Hoofdpunten besluitvorming uitgaven'' is te vinden op de site van de Rijksoverheid. En verder, ook de site van Ondernemersplein is leerzaam.

Wijzigingen

Eerste nota van wijzigingen

Het kabinet stelt naar aanleiding van de augustusbesluitvorming bij nota van wijziging op het Belastingplan 2021 twee maatregelen voor.

  • Een maatregel die ondernemers stimuleert om te investeren. Bij nota van wijziging op het Belastingplan 2021 zal het kabinet per 1 januari 2021 een Baangerelateerde Investeringskorting (BIK) voorstellen.
  • Een maatregel die een beperking van de verliesverrekening inhoudt en volgt uit een van de aanbevelingen van de Adviescommissie belastingheffing van multinationals.

Zie nota d.d. 15 sep. 2020.

Tweede nota van wijzigingen

Op 5 oktober 2020 zijn twee nota’s van wijziging op het Belastingplan 2021 ingediend. Deze voorzien onder meer in een afdrachtvermindering loonheffing voor investeringen in nieuwe bedrijfsmiddelen (BIK). Daarnaast worden de verliesverrekeningsregels aangescherpt.

Zie berichten Deloitte en de uitgebreide nota d.d. 5 okt. 2020.

Derde nota van wijzigingen

Staatssecretaris Vijlbrief van Financiën heeft de derde nota van wijziging bij het Belastingplan 2021 naar de Tweede Kamer gestuurd. Hierin zijn drie aanpassingen van het wetsvoorstel opgenomen:
  • Dit betreft ten eerste een aanpassing in verband met de voorgenomen uitbreiding van de Subsidieregeling bonus zorgprofessionals COVID-19 met een bonus voor pgb-zorgverleners. Deze kunnen ook worden aangewezen als eindheffingsbestanddeel.
  • Ten tweede betreft dit een aanpassing van de belastingplichtige voor de belasting van personenauto’s en motorrijwielen. Deze aanpassing heeft als doel dat deze beter aansluit op het in het wetsvoorstel voorgestelde belastbaar feit. Het is wenselijk dat degene die de inschrijving verzoekt de belastingplichtige is voor de BPM, ook al handelt deze daarbij in veel gevallen in naam en voor rekening van een ander op wiens naam het motorrijtuig wordt gesteld in het kentekenregister, in het kader van de registratie van dat motorrijtuig. Deze aanpassing moet onduidelijkheden en juridische complicaties voorkomen.
  • Ten slotte wordt een technische omissie hersteld.
(Bron: TaxeLife, 30 okt. 2020)

Aangenomen amendementen en moties

Zie SDU Loonzaken, 12 nov. 2020

Eerste Kamer accoord met Belastingplan 2021 

De Eerste Kamer heeft op 15 december 2020 ingestemd met het pakket Belastingplan 2021. Vooruitlopend op de goedkeuring door de Koning en de publicatie van de wet geeft het ministerie van Financiën alvast een overzicht van de belangrijkste wijzigingen in de belastingen per 2021. 

Enkele van de onderwerpen die aangepast worden: Overdrachtsbelasting, Sparen, Heffingscortingen en Klimaatbelasting.