Verhuiskosten

Datum laatste wijziging: 13 april 2018  |  Trefwoorden: , , , , ,

Inhoud

  1. Onbelast tot maximum
  2. Gerichte vrijstelling
  3. Ontslag
  4. Voorwaarden
  5. Verruilen
  6. Dubbele huisvestingskosten
  7. Vrije dag
  8. Naslag
  9. Verhuiskostenvergoeding bij renovatie
  10. Zakelijke verhuiskosten ondanks niet-verplaatste onderneming
  11. Alleen verhuiskostenaftrek voor zelfstandigen

Onbelast tot maximum

Om het woon-werkverkeer terug te dringen is de verhuiskostenregeling met ingang van 1 januari 2009 gewijzigd. Vanaf 2009 kunnen de herinrichtingskosten tot € 7.750 onbelast worden vergoed en daar bovenop nog eens de verhuiskosten. Tezamen komt dit gauw op € 10.000. Dit bedrag is dus niet inkomensafhankelijk. Een werkgever moet wel de loonheffing over een vergoeding van de aan- en verkoopkosten bij een zakelijke verhuizing van zijn werknemers door middel van eindheffing (enkelvoudig tarief) berekenen en afdragen. Zie voorwaarden

NB: Omdat het geen zakelijke verhuizing betreft, komt een werknemer na een echtscheiding als regel niet in aanmerking voor een onbelaste vergoeding van de verhuiskosten.

Gerichte vrijstelling

Verhuiskosten zijn in de Werkkostenregeling (WKR) een gerichte vrijstelling.

Ontslag

Als een werknemer na verloop van tijd ontslag neemt en de vergoeding moet terugbetalen, kan de werkgever de eerder afgedragen eindheffing niet terugkrijgen. De vergoeding werd in het verleden immers terecht in de eindheffing betrokken.

Voorwaarden

Aan een onbelaste vergoeding van een verhuizing om zakelijke redenen** stelt de fiscus de volgende voorwaarden:
- de werknemer verhuist binnen twee jaar na aanvaarding van een nieuwe dienstbetrekking of na overplaatsing;
- de werknemer woont meer dan 25 kilometer van het werk en verhuist, waardoor de afstand* tussen de nieuwe woning en zijn werk minstens 60% minder wordt.

* Onder afstand verstaat men de afstand gemeten langs de meest gebruikelijke weg. Volgens de Hoge Raad (29-09-1997) is het meten van de straal tussen woning en werk niet correct.
** Om fiscale redenen is het wenselijk dat de werkgever in een verklaring vaststelt dat een verhuizing wenselijk is vanwege de bekorting van reisafstand en duur.

Verruilen in cafetariasysteem

Wanneer het bedrag van ongeveer € 10.000 in een cafetariasysteem verruild wordt met bruto loon, kan dat een fiscaal voordeel opleveren van € 5.200, terwijl de werkgever nog eens een voordeel kan hebben van € 1.000 aan lagere werkgeverslasten.

Dubbele huisvestingskosten

Werknemers die verhuizen zien zich meer dan eens geplaatst voor dubbele huisvestingskosten. De kosten van dubbele huisvesting mogen, bijvoorbeeld als de werkzaamheden van tijdelijke aard zijn, gedurende maximaal twee jaar belastingvrij worden vergoed of verstrekt.
Na twee jaar** (dienstverband) behoort de vergoeding tot het loon. De werkgever kan deze kosten uiteraard voor zijn rekening nemen. Vanaf 1 maart 2009 kan de werkgever eindheffing afdragen over vergoedingen en verstrekkingen voor dubbele huisvesting buiten de periode van twee jaar (het is wel een dure oplossing, als de werknemer onder het tarief van 52% valt, is de eindheffing 108,3%). (Bron: Taxlive, 9 aug. 2013)

** De tweejaarstermijn voor de belastingvrije vergoeding van dubbele huisvestingskosten van werknemers in verband met het werk geldt per tewerkstelling (zoals een project en dergelijke) en niet per dienstbetrekking. Dit betekent dat een werkgever aan dezelfde werknemer meer dan eenmaal een belastingvrije vergoeding van dubbele huisvestingskosten kan geven als het werk aanleiding geeft tot de dubbele huisvestingskosten.

Vrije dag

Meestal kan de werknemer hiervoor een (betaalde) vrije dag opnemen. Formeel is dit afhankelijk van wat daarover is geregeld in een CAO, de individuele arbeidsovereenkomst en/of het arbeidsvoorwaardenreglement. En vaak is iemand die dag gewoon afwezig en wordt er verder niet over gesproken.

Naslag

Meer informatie is te vinden in Handboek Loonheffingen. Ga naar subrubriek Loon- en inkomstenbelasting en klik bij Handboeken Loonheffingen op het door u gewenste jaar.

Verhuiskostenvergoeding bij renovatie

Ook voor huurders van een appartement bestaat een verhuiskostenvergoeding en wel als zij moeten verhuizen omdat het pand wordt gerenoveerd, Artikel 7:220 BW. De minimale verhuiskostenvergoeding bedraagt in 2016 € 5.892,- per huurder.

Tot 2016 kon met de huurders worden overeengekomen dat de huurder afstand zou doen van zijn recht op een minimum bijdrage in de verhuiskostenvergoeding omdat sprake zou zijn van regelend recht. De Hoge Raad heeft in een uitspraak (22 april 2016) echter geoordeeld dat er sprake is van dwingend recht. Daarbij is het niet van belang of het initiatief van de renovatie van de zijde van de huurder of van de zijde van de verhuurder komt. Een overeenkomst waarbij de huurder afstand doet van de vergoeding is vanaf nu dus niet meer toegestaan.

Zakelijke verhuiskosten ondanks niet-verplaatste onderneming

De Rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft geoordeeld dat verhuiskosten ook zakelijk kunnen zijn als het bedrijf niet wordt verplaatst. Bijvoorbeeld als de ondernemer verhuist om zo zakelijk gebruikte apparatuur te kunnen opslaan. Lees de jurisprudentie d.d. 16 mei 2017

Alleen verhuiskostenaftrek voor zelfstandigen

Natuurlijke personen kunnen alleen de kosten van hun verhuizing aftrekken als zij winst uit onderneming of resultaat uit overige werkzaamheden genieten en daarnaast aan enkele voorwaarden voldoen. Wie alleen een uitkering ontvangt, kan zijn verhuiskosten niet aftrekken, ook niet als de Belastingdienst niet erg duidelijk is. (Bron: Jurisprudentie, d.d. 6 okt. 2017)